Fantastische Vertellingen 66

fantastische-vertellingen-nr-66-jrg-44-juni-2023.jpg

Fantastische Vertellingen 66
Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw-Vennep (Juni 2023)
115 pagina’s; prijs € 7,95 (jaarabonnement (4 nummers + Tjonge) € 29,95)
Samenstelling: Remco Meisner
Omslag: Ingrid Heit/Marion van Delst
Verkrijgbaar op: https://shop.pr1ma.nl/

Soms heb ik wel eens het idee dat je achter alles aan galoppeert, maar dichterbij komen… ho maar! Dat gevoel heb ik nu ook met de recensies. Ik lees me suf, schrijf me wezenloos en de stapel NTL, of TBR, wat je maar wilt, wordt alleen maar groter. Of is het hoger? Whatever, het resultaat is hetzelfde! Zo ook met Fantastische Vertellingen (Hierna FV te noemen) 66 inclusief Tjonge 19. Die lagen al een tijdje op de mat, nadat een overwerkte Post NL’er ze, alweer even terug, in de bus gekieperd had. Iedereen, mezelf incluis, brak er zijn nek geregeld over. Eenieder was te beroerd ze op te rapen, dus deed ik het uiteindelijk zelf (ik moet ook altijd alles doen) maar. Maar goed… we laten het bij dit ene inkijkje in de perikelen van huize Lexmond. Voor nu moet ik erbij zeggen, want misschien maakt ik er wel een feuilleton van. Niet op te vatten als een dreigement! Maar goed… ondanks het feit dat ik her en der al recensies van FV67 zie verschijnen toch nog, deze uitgebreide recensie!!!

FV 66 dus. Nog een 6 erbij en je hebt de duivelseditie van FV te pakken. Je moet er niet aan denken. Gelukkig hebben we nog 150 jaar voordat we daaraantoe zijn. Maar toch… de tijd gaat snel, bedenkt dat wel. Dit ter overdenking aangeboden te hebben, gaan we terug naar de orde van de dag, namelijk: het geven van mijn gedachtenoordeel over het voorliggende. Met als eerste hoogtepunt de omslagillustratie van Marion van Delst. Kleurrijke collage, prachtig gecomponeerd een lust voor het oog te noemen! Daarna te beginnen, zoals altijd, bij:

-Remco Meisner – Meyvistisch Melodrama
Ook als altijd maakt Remco een opening waar je nog lang na kan denken (het moet niet hoor), meestal in verhaalvorm, maar ditmaal niet. Hij legt de opslag van digitale media langs de lat en komt tot de conclusie… afijn, lees dat zelf maar! Verder verzorgt hij een wat uitgebreide, zij het soms wat op een op-de-vlakte manier, inhoudsopgave, wat zeker niet op een onaardige manier overkomt. Gauw verder met:

-Tjonge 19
Dat was een verrassing, niet? Het doorgaans guitigste tijdschriftje van het Nederlandse taalgebied. Versie 19 toch alweer, ondanks het feit dat het zo onregelmatig bij FV geserveerd wordt. Er is ook een inleiding dit keer: De kop van Geuk. Dat slaan we maar even over (het begint met: “Kan je nog Geukenen, Geuken dan mee”. Mjah!!!) en gaan dus snel over naar het verhaal:

-Rob Geukens – De kop is eraf (FA)
Het verhaal is zelf ook van een twijfelachtig allooi. Het is een verslag over iemand die het bovenste deel van zijn hoofd eraf lacht. Het heeft blijkbaar geen enkele consequentie voor hemzelf, of zijn omgeving. Er is enige angst om als vuilnisvat gebruikt te worden. Het is wat het is, zullen we maar zeggen. Toch, in zijn eigen hoedanigheid, goed te lezen én met een glimlach wordt alles mooier!!!

-Einde Tjonge 19

-Guido Eekhaut – Wie de geschiedenis herschrijft (SF) (Ill. Gert-Jan van den Bemd)
Correcties in tijdlijnen blijken, indien niet zorgvuldig onderzocht, meestal slechter uit te pakken dan dat de bedoeling was. Het smoren van baby Adolf in de wieg, brengt dan waarschijnlijk een nog groter mispunt voort, die Adolf, die zelf het gevaar van die figuur onderkende, al snel een kopje kleiner maakte voordat hij een te groot mispunt kon worden. Zo ook in dit verhaal lijkt er voor de verkeerde gekozen te worden, maar of de correctieve maatregelen zullen helpen? Alweer een prachtverhaal van Guido Eekhaut!!!

-Onder de indruk
Bevat weer een aantal recensies van Charles van Wettum, Johan Klein Haneveld, Remco Meisner en mezelf. Het zijn prachtige uitgebreide en doordachte recensies waarin een ding me opviel. Er waren twee recensies (van Charles en van Johan) van ‘Aarde in gijzeling’ van Réne Otjes, die toch nogal positief uit de verf kwamen. Maar goed, dat zullen we maar als verschil in perceptie noteren.

-Charles van Wettum – Onderhandelaar (SF) (Ill. MOZ)
Dit is wel het meest hilarische verhaal dat ik de laatste tijd tot mij nam. Geweldig!!! Al een aantal malen eerder heb ik het al gezegd (en doe het dus nog maar een keer), het is jammer dat Charles van Wettum het schrijven pas na zijn pensionering ontdekt heeft. Wat als hij dertig jaar eerder was begonnen… had hij nu dan niet de huidige generatie Nederlandstalige SF auteurs naar de kroon kunnen steken, zou hij de internationale schrijverswereld niet op zijn kop gezet hebben? We weten het niet en zullen het nooit weten ook. Maar wat een talent heeft die man en wat een verhalen!!!

-Schrijven tegen de vergetelheid: ‘Het ongemak’ – Piet Apol, door Rob Geukens (essay)
Rob Geukens presenteert, voor een bibliograaf als ik, een bijzonder interessant artikel over een vondst dat hij onlangs deed in een zwerfbieb (of minibieb). Hij deed er een geweldige ontdekking. Inmiddels heb ik zelf een stuk of acht minibiebs ontdekt in mijn eigen woonplaats, die ik regelmatig frequenteer. Niet alleen om eens een boek mee te nemen, maar ook om eigen boeken achter te laten. Ik vind het een prachtig initiatief en deed er al een paar aardige vondsten, maar nog geen als Rob Geukens. Een lichte jaloersheid was mijn deel, dat moet gezegd. Piet Apol! Ik ken hem niet en Fandata kent hem niet en dat is toch wel apart te noemen. Uiteraard vinden we nog steeds onbekende verhalen en boeken om op te nemen, maar toch! Piet Apol… interessant dus. We zouden dus blij zijn met de gegevens, Rob! Verder wil Rob, na zijn uitvoerig verslag van de verhalen van Piet Apol in FV 66, een negental auteurs overhalen een verhaal in de geest van Apol te schrijven en die verhalen dan, samen met die van Piet Apol, te bundelen en uit te geven. Daarvoor wil Rob het boek ‘Het ongemak’ weer laten zwerven naar de volgende. Een waarlijk prachtinitiatief wat absoluut navolging behoeft. Zelf heeft hij het eerste verhaal al geschreven, wat na het artikel volgt!

-Rob Geukens – De oude schrijver (FA) (ill. Ben van den Outenaar)
Zijn verhalen ken ik niet, maar deze naar hem geschreven is heel erg mooi én heel erg logisch. Het klopt, maar ook weer niet. Leg er maar eens een vinger op, kan je dat? Ja… even misschien, maar dan glipt het toch weer onder je vingers vandaan.

-Paul van Leeuwenkamp – Tijd voor Geschriften 2 (artikel)
Het tweede deel van Pauls tocht langs de Nederlandstalige tijdschriften. De weg is nog lang in deze en als Paul het doorzet, hebben we straks (na tig delen) een prachtig beeld van, nog levende, of reeds (lang) ter ziele gegane tijdschriften. Ditmaal wordt Holland-SF, HSF (de opvolger) en SF Terra onder de loep genomen. Prachtige research, Paul! Inderdaad, Fandata plaatste in het verleden alleen tijdschriften waarin een fantastiek verhaal opgenomen was. Daarom is de eerste Holland SF in Fandata een later nummer dan de eerste Holland SF feitelijk was. De laatste jaren doen we dat anders. Ook tijdschriften zonder Fantastiek verhaal worden opgenomen met de mededeling: Niets opgenomen. Dat heeft een tweeërlei doel. Als eerste laten we de (onder)zoeker zien dat het tijdschrift er wel degelijk is en ten tweede weet iemand van het Fandata team dat het betreffende tijdschrift al bekeken en beoordeeld is. Geen dubbel werk meer dus. Ik heb, weet ik veel, hoeveel tijdschriften voor de zoveelste maal doorgebladerd om het constateren dat er niets Fantastieks in stond. Er is een jarenlange inhaalslag gaande om de gaten op te vullen.

-Jan Roosen – Weer als een jonge god (FA) (ill. Peter Ehrhardt)
Door klagen weer jong? Dat willen we allemaal wel. Ik sta absoluut al voorop! Jan Roosen presenteert een vrij simpel, maar intrigerend verhaal over een mans schaduw. Soms schiet een man sneller dan zijn schaduw, maar dit keer is de schaduw het wapen. Klein, maar fijn verhaal!

-Pieter Spronck – Waar komen al die dampen vandaan? (strip)
Een korte strip uit februari 1981? Is dat het, of is het gesitueerd in 1981? Dat is niet geheel en al duidelijk. Niet onaardig te noemen, echter is het te lang, of te kort. Dat is afhankelijk van de interpretatie. Voor mij zou het misschien als een cartoon duidelijker overkomen.

-Max Moragie – De mesthopen van de wanorde (essay)
Het essay van Max Moragie veroorzaakte onrust bij me, omdat ik niet wist wat ik ermee aan moest en waar het naar toe ging. Gelukkig was er een verlossing uit de waanzin. Het blijkt namelijk dat alles wat er in België gebeurt in de basis plaats vindt om de Belgische schrijvers een voedingsbodem te geven, zodat hun absurdistische gedachtegang hun verhalen voeden, zodat wij ze weer hoofdschuddend kunnen lezen Gelukkig maar! Ik dacht dat ik zelf gevangen raakte in een absurdistische omgeving. Opgelucht haalde ik adem. Diep adem!!!

Oxana Langbeen – Oxana’s Oxomoron: AI-4113 (SF)
Onze Oxana weet toch overal raad op. Zo wordt het wel heel erg makkelijk een prijswinnend verhaal te schrijven. Zelfs een kaasschaaf kan het op die manier. Zet ‘m dus op!!! Hoewel… was de datum voor Ganymedes 23 al niet verstreken? Nou ja… heb je sowieso nog een dikke driehonderd dagen om in te sturen voor Ganymedes 24!

Welaan… alles is bekeken en alles is besproken. Het was weer een prima FV 66 gevuld met voor elck wat wils. Het enige jammere vond ik was dat de volgende editie FV 67 als weer op de mat lag (waar ook weer iedereen overheen stapt) voordat ik klaar was met deze. Soms zou ik willen dat ik de snelheid van een Johan Klein Haneveld bezat, dan was ik er dezelfde dag dat het arriveerde er klaar me. Toch maar een tijdmachine aanschaffen? Maar goed… volgende!!!

Jos Lexmond

Catriona Ward – Zonnewijzer

Ward-Zonnewijzer.jpg

Catriona Ward – Zonnewijzer (HO)
Oorspronkelijk: Sundial (Tor Nightfire, New York City) – 2022)
Meulenhoff Boekerij bv, Amsterdam (2023)
328 pagina’s, € 21,99
Vertaling: Mariëtte van Gelder
Omslag: DPS Design & Prepress Studio, Amsterdam/Shutterstock

Catriona Ward. Haar Nederlandstalige debuut heb ik waarschijnlijk gemist. En… niet één keer, maar zeer waarschijnlijk, meerdere keren. Voor mijn lijstjes ‘Verschenen’ en ‘Verwacht’, die ik driemaandelijks bijhoud (zie: https://www.ncsf.nl/recent-verschenen-en-verwachte-boeken/ ) ga ik meerdere malen in het kwartaal door de toekomstig gemelde uitgaven van de uitgeverijen heen. Daarbij ga ik uit van auteurs en de titel. Bekende auteurs zijn natuurlijk een makkie, dan gaat het belletje zo maar af. Maar onbekende auteurs, zoals Catriona Ward, met een titel als: ‘Het laatste huis’, doen niet meteen een belletje rinkelen, alhoewel ik hier wel een soort van derde zintuig voor ontwikkeld heb. Maar ondanks dat zintuig, schiet er toch nog wel eens het een en ander door de mazen van mijn aandacht heen. Maar meestal, als ik de eerste gang door de uitgaven van volwassenen maakt, komt ie bij de tweede of derde gang alsnog tevoorschijn, maar in het geval van Catriona Ward kwam er niets tevoorschijn. En zo kon ‘Het laatste huis’ in januari 2023, door mij onopgemerkt, in het Nederlands verschijnen. En… het was nog wel uitgeroepen tot thriller van de maand in The Times, The Observer én The Guardian. Pas veel later in het jaar herkende ik Ward als Horrorauteur met ‘Zonnewijzer’. Het kan verkeren. Uiteraard ga ik ‘Het laatste huis’ nog wel eens tot mij nemen, maar wanneer… dat is nog even een raadsel. Overigens gingen aan ‘Het laatste huis’ nog een tweetal Engelstalige romans vooraf: ‘Rawblood’ (2015) en ‘Little Eve’ (2018).

Als ik de genres op volgorde zou moeten zetten van belang voor mijzelf, dan staat SF onbetwist op de eerste plaats, kortelings gevolgd door: Horror. Fantasy komt op de derde en laatste plaats, omdat beide eerdergenoemde genres meer dan voldoende lees- en recensievoer opleveren en Fantasy, op een enkele schrijver na, niet echt mijn ding is. Te veel toveren, te veel draken en meer van dergelijke genre bevestigende fantasiefiguren. Zoals gezegd… niet mijn ding!

Maar goed… Horror dus. En dat is ‘Zonnewijzer’ absoluut. Vroeger kreeg ik nog wel eens nachtmerries van H.P. Lovecraft, Clark Ashton Smith of August Derleth, maar gelukkig is dat tegenwoordig niet echt meer het geval. Het is meer de koude kriebels krijgen en dat is precies wat weer eens gebeurd bij Catriona Ward. Na een pagina of tien ‘Zonnewijzer’ schreef ik al in mijn aantekeningen boekje, dat ik altijd bij de hand heb als ik recensieboeken aan het lezen ben: “Vrijwel meteen geeft het lezen van ‘Zonnewijzer’ je een unheimlich gefühl, dat heb ik niet heel erg vaak met Horror, maar nu wel. Lekker!!!” Dat unheimliche gefühl, bleef heel het boek bij me. Het trok me in het verhaal en sleurde me er doorheen. Prachtig… de laatsten die dat bij me teweegbrachten waren Clive Barker en John Ajvide Lindqvist en nu dus ook: Catriona Ward!

Op de omslag staat ‘Ward heeft het indrukwekkende talent om je met elke zin meer de stuipen op het lijf te jagen’. Thomas Olde Heuvelt zou dat gezegd hebben. Meestal neem ik dat soort ondertekende uitspraken met een flinke korrel zout, maar ditmaal zou het wel waar kunnen zijn. Thomas zit bij dezelfde uitgeverij (Tor Nightfire, New York) als Catriona. Is dat een indicatie? Geen idee, maar suggestief is het wel.

En nu… nu moet ik iets vertellen over het verhaal. Dat vind ik lastig. Er is zoveel te vertellen. De horror zit zo diep. Callie die dierenbotten verzamelt en fluistert tegen haar denkbeeldige vrienden. Rob leeft in grote angst. Niet alleen om Callie, maar ook om Annie, haar jongste dochter, en om wat Callie haar aan zou kunnen doen. Rob ziet een duisternis in Callie. Callie op haar beurt is weer bang voor haar moeder, die haar met andere ogen lijkt te bezien. Irving (Robs man) irriteert Rob met zijn overwerk, met zijn relatie met zijn assistente. De kledingkast is doortrokken met de geur van haar parfum. Callie irriteert Annie en Rob probeert er alsmaar tussendoor te laveren. De emoties gieren door het boek en zijn rauw en ongepolijst. Als de situatie met Callie steeds erger wordt, neem Rob het besluit om haar mee te nemen naar haar ouderlijk huis in de Mojave-woestijn: ‘Zonnewijzer’. Ze weet dat ze er een vreselijke keuze moet maken. Maar… kan ze dat ook.

Meer vertel ik niet, al weet ik zeker dat het vertelde niet voldoende zal zijn, of naar meer smaakt. Je moet het zelf maar lezen en zelf tot een conclusie komen. De mijne was dat het als een bom insloeg en eindelijk weer eens Horror (inderdaad… met Hoofdletter H) was dat aankwam. Het was heerlijk en afgrijselijk, zowel in het verleden, als in het heden. Zoals gezegd ‘Het laatste huis’ ligt op de TL stapel en zeker niet onderop. Misschien vertel ik er in de (nabije) toekomst nog wel over.

Intussen is in het Engelstalige gebied het volgende boek van Catriona Ward ‘Looking Glass Sound’ in april al verschenen. Hier nog niet aangekondigd, maar wees er zeker van dat ik het meld zo gauw ik die aankondiging onder ogen kom. Missen zal ik het zeker niet meer!

Jos Lexmond

Britta Fath – Het paarse vampiertje

Fath-Het-paarse-vampiertje.jpg

Britta Fath – Het paarse vampiertje (JHO)
De avonturen van Moira en Mystique 2
Clavis Uitgeverij, Hasselt – Amsterdam – New York (2023)
71 pagina’s; prijs 15,95
Omslagontwerp: Studio Clavis
Illustraties: Yuhan Lin

U kunt er overtuigd van zijn dat ik dit boekje niet uit mezelf gerecenseerd zou hebben. Vooral het eerste deel, voor zover ik kan zien, zou wat mij betreft geen Fantastiek zijn. Hoofdpersonen in deel een: ‘Moord in Cativicus’ zijn het detective katje Moira en haar eenhoorn. De bibliothecaris van Cativicus is vermoord, met in zijn poezelige pootje een boek. Wat is er gebeurd? Omdat de plaatselijke politiekat te sloom is, beslist Moira zelf maar op onderzoek uit te gaan. Allemaal katten, dus meer een fabel dan fantastiek. Normaal gesproken is er voor opname in Fandata interactie met mensen noodzakelijk. Bij ‘Het paarse vampiertje’ ligt dat anders, want hier komt een fantastiek (menselijk?) figuur, namelijk een vampier (hij is weliswaar paars, maar toch), bij kijken. En uiteraard nog wat meer Fantastieke gebeurtenissen, waar ik nu (nog even) niet op in zal gaan.

Nee… Guido Eekhaut kwam met het verzoek ‘Het paarse vampiertje’ te recenseren. Geen probleem én met alle soorten van genoegen. Maar… waarom vraagt Guido mij dit. Wat voor een relatie heeft hij met Britta Fath. Ik had al eerder een opdracht gezien in ‘De wereld van de Kraken’, Enigma 3: “Bijzondere dank gaat naar Britta Fath, proeflezer extraordinaire, meesteres van de Meownicorn, die het boek en de schrijver op het rechte pad hield”. Het boek begint zelfs met: “Zou Britt…”. Dat is toch wel heel erg toevallig, niet? Ik ben op internet gaan zoeken. Misschien is het wel zijn dochter… Britta Eekhaut? Nee, een dochter slechts, genaamd: Liesbet! Ik denk dat Guido zich inmiddels van zijn stoel aflacht, dus ik houd er maar mee op. Ik kom er maar niet achter en zal ermee moeten leren leven (snif, weer een aantal uren van mijn leven verbrast aan het najagen van een fantoom).

Maar goed… terug naar ‘Het paarse vampiertje’. Moira werkt in de bibliotheek van Cativicus. Ze kreeg de baan van bibliothecaris nadat ze de moord op de vorige, Finn, had opgelost. Toen de burgemeester het haar vroeg, kon ze alleen maar ja zeggen. Ze slentert, voordat de bibliotheek opent, langs de rijen met boeken. Bij het rek met de Fantasyboeken blijft ze staan. Ze is gek op Fantasy. Haar oog valt op een boek: ‘Het Vampierendagboek’. Dat lijkt haar wel leuk en ze neemt het mee. Raven, haar assistente, denkt ook dat het een geweldig boek is. Raven is ook dol op vampierverhalen. Die avond gaat Moira, samen met haar vriendin Raven en Mystique, haar eenhoorntje, maar hun vriend Samael. Op de zolder bij hun vriend vinden ze een ander boek. Heel oud, maar ook over vampiers. Voor ze het beseffen worden ze in het boek gezogen en komen in een paarse wereld terecht, waar ze het niet dappere Paarse Vampiertje ontmoeten, die zich verstopte in de grot waar Moira en haar vrienden in de paarse wereld arriveerden. Deze wereld is vol met monsters en het Paarse Vampiertje is bang voor monsters. Moira vraagt of hij hen kan helpen weer thuis te komen, maar dat lijkt een stuk moeilijker te zijn dan daar te komen. Het Paarse vampiertje zal hen naar de Wijze brengen. Die kan hen misschien helpen! De avonturen in de Paarse wereld vangen aan. Kunnen ze de Wijze vinden en komen ze weer thuis?

Voor negenjarigen een prima boekje om te lezen. Spannend, maar niet té. Er moeten geen nachtmerries gekweekt worden. Het gewone leven is al spannend genoeg. Maar… nu weet ik nog steeds niet wie Britta Fath is! Er valt me net trouwens in… zou Britta Fath een pseudoniem van Guido Eekhaut zijn? Ze waren tegelijk aan het signeren op maandag 31 oktober 2022 op Boektopia op de stand van Clavis. Zou het dan toch? En als de antwoorden op vragen op leuvenleest.be vergelijkt tussen Guido Eekhaut en Britta Fath, dan…

Jos… kappen nou! Het is genoeg geweest!!! Ja, maar… NEE!!!

Jos Lexmond

In Tenebris

In-Tenebris.jpg

In Tenebris (DIV)
Tijdschrift voor Fantastiek Nr. 1, Voorjaar 2023. De Gentse fantastiek
Poespa Producties, Gent, België
199p., € 22,00
Samensteller: (niet met name zo genoemd, maar ik vermoed: DannY De LaeT)
Vormgeving: graphic things, Gent – Johnny Bekaert.be
Illustraties: Lode Devroe
Te bestellen bij (of op): https://depoort.com/nl/14412-in-tenebris-tijdschrift-voor-fantastiek

En dan… ‘In Tenebris’. Een geheel en al nieuw Vlaams tijdschrift voor de Fantastiek. Vertaald uit het Latijn wordt dat dan: ‘In de duisternis’. Helemaal terecht? Deels denk ik van wel. De verhalen zijn voornamelijk Horror, ofschoon ook de andere genres aan bod komen. Hoe het ook zij… het is een prachtig vormgegeven nieuw Vlaams tijdschrift met prachtige illustraties, dat wel een boek lijkt. In plaats van een ISSN nummer, wat normaal is voor tijdschriften heeft het een ISBN nummer, zoals een boek, alsmede een NUR (333) nummer, wat betekent dat het literaire fictie, spannende boeken algemeen én Science Fiction is. Dus… toch meer een boek? Whatever!

Het begint met een editoriaal van DannY De LaeT, een oude rot in het Fantastiek vak. Hij was al vanaf 1966 betrokken bij tal van activiteiten op Fantastiek gebied en in 1969 een van de oprichters van SFAN én nog heel veel meer. Kijk eens naar zijn bio op Fandata.nl (Persoon/-1040502804 – Fandata). Fantastiek… die term kwam me voor het eerst voor ogen door Edddy C. Bertin, die wat mij betrof, een schitterende verzamelnaam voor Fantastische lectuur, literatuur, of wat dies meer zij gevonden had. Het paste als een handschoen (met de juiste maat). Ik heb hem overgenomen en gebruik te pas en vooral te onpas, in ieder geval bij elke gelegenheid die zich voordoet! Men hoeft verder niets te verduidelijken. SF, Horror, Fantasy  Fantastiek! Wij van Fandata gebruiken de drie hoofdgenres: SF, Horror & Fantasy, met daaronder weer een aantal subgenres. Dat werkt wel. Vrij vroeg in onze geschiedenis zijn we op bezoek geweest bij Eddy om te kijken of we zijn genre systeem zouden kunnen adopteren voor Fandata. Maar helaas was zijn qualificatiesysteem, hoe schitterend ook, te ingewikkeld om te kunnen hanteren binnen Fandata. Jammer, maar helaas!

Het editioriaal wordt gevolgd door een aantal verhalen waar ik graag mijn licht(je) over laat schijnen.

-Mark J. Ruyffelaert – Ganda Sum (HO)
Mark is een prachtige schrijver, waarvan ik niets meer gelezen heb sinds mijn samenstelling van de Vance alike anthologie ‘Wereldbedenkers’, bij Spatterlight verschenen in 2017 en ik zijn verhaal Pas op, hier komt de Dood (64 lessen in duisternis) opnam. Fijn dat er voor dit soort verhalen de term Fantastiek bestaat, want Mark laat zich meestal niet in enig genre vangen. Maar… gelukkig is Horror voor ‘Ganda Sum’, meer dan adequaat te noemen. Prachtig verhaal dat meteen de geschiedenis, een bloedige welteverstaan, van Gent verslaat. Het verscheen eerder in zijn eigen bundel: ‘Nocturne’ in 2007 verschenen bij Verschijnsel. Evenwel een prachtige opening!
-Roger d’Exystel – De tram van middernacht (HO)
Prachtig verhaal dat ik zeker (heel wat) eerder gelezen moet hebben, maar het denkelijk in de onpeilbare diepten van het verleden verdwenen. Het verscheen eerder in zijn bundel ‘Souper met vleermuizen’ in 1966 onder de titel ‘Een tram van middernacht’, die ik zeker nog ergens (waarschijnlijk in een doos) moet hebben. Een zin uit dit verhaal wil ik jullie niet onthouden: “Er dreef een bries gemengd met tintelende luchtteugen, die het ademen tot een waar genot maakten.” Iets dergelijks ademde ik gisteren nog in. Een waar genot!!!
-Frank Roger – De man die stierf (SF)
Alweer een schitterend en typisch Frank Roger verhaal. Het verscheen al eerder in Pure Fantasy in 2007 en in zijn onvolprezen bundel ‘Spoorloos en andere verhalen’. Echter… niets houdt ons tegen er andermal van te genieten. Hoezo typisch Frank Roger zult u zich misschien afvragen. A ja… eh ja, ik ben geen verhaalchirurg of analist, dus kan ik daar niet erg duidig op antwoorden. Maar als dit verhaal anoniem omder mijn ogen geschoven zou worden, dan zou ik durven te wedden (voor een handje beuke (of andere) nootjes, men moet dit soort dingen niet overdrijven), dat het Frank Roger was. Het is geen weten, maar een gevoel!!!
-Geeraert, Luc – Handen op glas (HO)
Wat mij betreft is Luc de ontdekking van deze versie van ‘In Tenebris’. Schitterend spookverhaal (en het eerste verhaal dat niet eerder elders verscheen), met meteen een evenzo schitterend einde. Nooit eerder iets gelezen van deze man, maar ik ben nu al weg van deze schrijver. Hopelijk krijgen we meer van hem te lezen in de toekomst.
-Pen Stewart – Over de top (SF)
‘Over de top’ verscheen eerder in ‘HSF 270’ in 2020. Ook dit was zo’n verhaal dat ik eerder las, maar hier herontdekte. Uiteraard las ik eerder verhalen van Pen Stewart en ik heb zelfs een boek van haar gerecenceerd: ‘Wintercode’. Maar eigenlijk heb ik me nooit eerder gerealiseerd wat voor een toffe schrijver ze eigenlijk is. Dat ‘In Tenebris’ me dat moet laten inzien! Tsk, Tsk…
-Katrien Ricart – Wintervissen (geen Fantastiek)
Geen fantastiek, maar een schitterend verhaal. Prachtig suggestief, mooi taalgebruik én hilarisch. Jammer dat het geen fantastiek is. Ik had het met liefde opgenomen in Fandata!
-John Flanders – Het geheim der drie zevensterren (Geen Fantastiek)
Dat ik dit verhaal van John Flanders als Vlaamsch Filmkes 166 gelezen heb en zeggende dat het weleens omtrent veertig jaar geleden is dat ik besloot dat het geen fantastiek was. Dus nu ook niet. Maar leuk is en blijft het!!!

Daarmee is de verhalensectie afgesloten. Jammer, maar het volgende interview met de illustrator Lode Devroe (mij totaal onbekend), was zeker interessant.

Daarna een artikel van Michiel de Ghelderode (mij ook al onbekend), getiteld ‘Zwervelingen’. Een bevlogen en grimmig artikel over Gent. Ik ben er wel eens geweest. Mooie stad, daar niet van, maar ik kom er niet vandaan, dus zegt het me weinig. Specifiek bedoeld voor Gentenaren, denk ik!

Op zijn beurt gevolgd door: ‘Het spookhuis van de wanhoop’, een artikel door DannY De LaeT over spookhuizen en spookverhalen van in en om Gent. Interessant! Maar… waarom zijn naam zo geschreven wordt… is mij een compleet raadsel. Het is toch: Danny De Laet? Niet?

Alweer gevolgd door: ‘Jean Ray en de erfenis van Malpertuis – 1’ door Anton Marcus (alweer een onbekende voor mij). Het zou een meer dan interessant artikel over Jean Ray/John Flanders kunnen zijn. Ik vrees evenwel dat Anton de lezer inzake zijn kennis aangaande Jean Ray/John Flanders schromelijk overschat. Hij neemt voetstoots aan dat de lezer van ‘In Tenebris’ ook over al deze kennis beschikt. Nu ben ik als bibliograaf meer op de hoogte dan de gewone man (neem ik aan, Gentenaren misschien uitgesloten), maar regelmatig, ook al door het overmatig gebruik van zelfverzonnen afkortingen (zoals bijvoorbeeld: GVHN (Geheimen van het Noorden)), raakte zelfs ik de draad geregeld kwijt. Voordat ‘Jean Ray en de erfenis van Malpertuis – 2’, verschijnt in ‘Tenebris 2’, mag daar nog wel eens kritisch naar gekeken worden.

En dan… dan hebben we nog de Actualia. Deels gaat dit over uitgaven betreffende Gent, wat prima te plaatsen is in een tijdschrift dat de Gentse Fantastiek als thema heeft. Maar al gauw raak ik de draad kwijt. Bij Valgearen en Toonder aangekomen (wel heel mooi natuurlijk), raak ik volledig in verwarring. Waar is het verband, waar gaat dit over en WAT is de bedoeling?

Ik had al gezegd dat ik ‘In Tenebris’ een mooi verzorgd tijdschrift vind. Maar buiten de voornoemde kwaaltjes, is er nog wel iets te noemen. Wat dacht je van de prijs? Ik vind € 22,00 nogal aan de hoge kant voor een tijdschrift waarvan de verhalen, op twee na (en waarvan er maar één fantastiek was), al eerder verschenen waren. Natuurlijk… het verhaal van John Flanders begrijp ik, maar de andere auteurs hadden net zo goed een nieuw verhaal in kunnen sturen, dat had toch wel iets origineler overgekomen. Ook dat het tijdschrift maar tweemaal per jaar gaat verschijnen, is een keuze, maar het gaat geen continuïteit brengen. Een half jaar wachttijd is te lang.

Misschien zijn het aanloopproblemen of capaciteitsproblemen, of wat voor problemen dan ook, dat kan. Ik ga in ieder geval in een gespannen houding op nummer 2 van ‘In Tenebris’ zitten wachten om te zien of de kwaaltjes over zijn. We zullen het zien. Tot dan…

Jos Lexmond

Weirdo’s 142

Weirdos142.jpg

Weirdo’s 142 (36e Jrg. Nr. 2)
anti-modernistisch literair (k)wartaalschrift (op) een kruispuntje
Hubert Van Eygen, Kinrooi, België (Juni 2023)
36 pagina’s; € 3,80 (jaarabonnement (4 nummers) € 13,00 voor België en € 15,00 voor Nederland)
Samenstelling: Hubert van Eygen
Omslag: Emily van Leunen (‘Kopje’)
Verkrijgbaar… stuur een mail naar hubert.vaneygen@skynet.be

Even… heel even tussendoor maar een keer. Moet kunnen! Een recensie van een Weirdo’s tijdschrift. Dat was ik al een tijdje van plan en nu moet het er maar eens van komen, dacht ik zo, want anders gebeurt het waarschijnlijk nooit!

Aanleiding is niet alleen dat het een alleraardigst en sympathiek blad is, maar ook omdat ik, net voor het lezen van ‘De barst in de hemel’ van Frank Roger, het essay van Max Moragie: ‘Hoe heet het ook alweer’? in Fantastische Vertellingen 66 gelezen had. Normaal gesproken (maar wat is normaal?) lees ik nooit twee verschillende recensie dingen door elkaar heen, maar ook nu mocht Weirdo’s even tussendoor. Alsof ik het aanvoelde, dat er iets bijzonders gebeurde. Het artikel van Max Moragie (lees de komende recensie van Fantastische Vertellingen 66) was een perfecte voorstudie voor het verhaal van Frank. Je ging ‘De barst in de hemel’ met een andere blik bekijken. Ik las het zelfs voor een tweede keer en het werd nog mooier én begrijpelijker. Prachtig… die wisselwerking!!!

Goed… dat gezegd hebbende… de recensie van Weirdo’s 142. Het blad bestaat al sinds 1986 en sinds een jaar of twee ben ik erop geabonneerd. Dat komt omdat ik steeds aankondigingen van Frank Roger las op Facebook van het verschijnen van het blad met alweer een verhaal van hem dat ik dan weer miste. Dat kon dus niet én vandaar.

Normaal gesproken ‘doe’ ik tijdschriften niet, behalve dan HSF (dan wel de verhaleneditie) en Fantastische Vertellingen. Beiden staan bol van de verhalen en daar doe ik het eigenlijk voor. Waarom Weirdo’s nu dan wel? Welaan… allereerst omdat ik denk dat ze best eens wat promotie kunnen gebruiken. Ze hebben een oplage van 150 en doen telkenmale een dringende oproep voor meer abo’s, zoals ze zelf zeggen. En ten tweede dus, dat er nu nog twee verhalen in staan, waarvan één van Guido Eekhaut, waar ik ook altijd benieuwd naar ben. Frank en Guido behoren tot de groep van Vlaamse auteurs waar ik een fan van ben!

Weirdo’s ziet er nog steeds uit als toen. Een beetje als een exemplaar van de SF-Gids van Eddy C. Bertin. Nostalgisch dus… en dat vind ik leuk! Buiten de verhalen om, is het gevuld met gedichten, besprekingen en artikelen. Het is netjes geproduceerd en ziet er gelikt uit, al moet ik zeggen dat er wel eens mooiere omslagillustraties op staan, maar alla… een kniesoor die daar op let! Over smaak valt niet te twisten!!!

De mening over de gedichten in Weirdo’s, laat ik aan degenen die er verstand van hebben (jawel Bart (Huyghe), ook hier!), maar over de verhalen heb ik altijd wel iets te zeggen.

-Frank Roger – De barst in de hemel (SF)
Een hilarisch verhaal zoals we van Frank wel meer gewend zijn. Een barst in de hemel… het kan opgelost worden, daar hebben we SkyFix voor, maar tegen welke prijs? Kort maar prachtig! Maar… lees er het artikel van Max Morage, eerder genoemd, eens voor (of na) en je kijkt er ineens met andere ogen naar. Is het dan nog steeds hilarisch?
-Guido Eekhaut – De ring (geen fantastiek)
‘De ring’ is een niet-fantastiek verhaal, doch deze vaststelling heeft verder helemaal niets te maken met de kwaliteit van het verhaal. Het is prachtig en indringend verteld, en… waar. Je wordt nooit meer een schip dat voorbijvaart in de nacht.
-Pieter Drift – Zeep en zweet (geen fantastiek)
Een auteur die ik niet ken. Geen fantastiek, maar ook al niet erg! Mooi verteld verhaal over het ongrijpbare, dat we steeds proberen te grijpen. Maar het lukt nooit, of nu toch wel? We zullen het nooit weten.
-Frank Roger – Gezin met mutantenkinderen
Een verhaal zonder woorden van Frank. Ik neem het niet op in Fandata, maar het is geweldig en visueel heel erg sterk!!!

Alweer een leuk nummer! Ik heb er geen spijt van ooit abonnee te zijn geworden! Ik ben geen gedichten liefhebber. Dat ga ik ook niet worden ook, ik heb meer dan genoeg aan Fantastieke verhalen, maar ik ben in ieder geval wel verzekerd van vier nieuwe Frank Roger verhalen per jaar. Wat wil een mens nou nog meer?

Jos Lexmond

Indiana Jones and the Dial of Destiny

Deze zomer is eindelijk de langverwachte vijfde film verschenen van de man met een zweep die wij vooral kennen als Han Solo: Indiana Jones and the Dial of DestinyEen achtbaan vol avontuur en nostalgie met een bijzondere finale.

In de afgelopen tien jaar hebben we vele restarts/reboot/remakes gehad van succesvolle films uit de jaren ’80 en ’90. En in de meeste gevallen was het resultaat niet al te best, omdat je niet het gevoel van het origineel terugkreeg. Na drie hele goede films in de jaren ’80 was er de iets minder goed ontvangen film in 2008. Het personage Indiana Jones is nog steeds immens populair. En gezien Harrison Fords leeftijd was dit de laatste kans om nog een avonturenfilm te maken.

Petekind

Omdat de zoon van Indiana Jones (Mutt Williams, gespeeld door Shia LaBeouf) niet zo goed ontvangen werd, wordt er in dit deel een nieuw personage geïntroduceerd: namelijk Helena (Phoebe Waller Bridge), het petekind van Indiana. Ze komt haar peetoom na 18 jaar weer opzoeken en vraagt aan Indiana om met haar op avontuur te gaan om het levenswerk van haar vader af te maken. Maar natuurlijk zijn er ook vijanden, de nazi’s. Zij proberen eerder bij de schatten te zijn dan onze helden. En lukt dat niet? Dan pakken ze deze af terwijl Indy en zijn vrienden onder schot worden gehouden. Tot zover een bekend recept.

Indiana Jones and the Dial of Destiny | Official Trailer

CGI

Om het een en ander duidelijk te maken over de achtergrond van het avontuur beginnen we in 1944. Harrison Ford is hierbij met de nieuwste technieken een flink stuk jonger gemaakt. Deze de-aging techniek heeft in de afgelopen jaren een mooie ontwikkeling doorgemaakt, al moet ik wel zeggen dat de scènes zich ’s nachts afspelen en dat is een beproefd trucje om wat minder moeite te hoeven doen om de special effects er goed uit te laten zien . In het donker zie je namelijk minder snel foutjes en oneffenheden. De meeste special effects waren heel goed en gingen vloeiend over in de werkelijkheid, al waren er soms wel wat haperingen – bijvoorbeeld in de scène met de astronautenparade. Maar deze film geeft hoop dat wellicht de franchise door kan zonder de echte Indiana Jones maar wellicht met een digitale versie.

Avontuur = Indiana Jones

De film zit vanaf het begin tot het einde propvol met achtervolgingen, schietpartijen, en ook het gevecht op het dak van een trein mag natuurlijk niet ontbreken. Als je bedenkt dat Steven Spielberg en George Lucas oorspronkelijk een James Bond-film wilden maken, maar daar vanaf zagen omdat ze Indy bedachten, dan doet deze film helemaal niets onder voor de recente James Bond-films die van achtervolging naar achtervolging gaan. Ook zit de film vol met nostalgie en verwijzingen naar eerdere delen. Wat zou bijvoorbeeld een wandeling door een grot zijn zonder de meest vieze insecten die uit het plafond komen vallen?

Deze film is zonder twijfel een waardig einde en een echte Indiana Jones film vol met avonturen, spanning en Nazi’s.  Op een gegeven moment kreeg ik zelfs het echte oude Indy jaren ’80 gevoel terug en dacht ik dat het ze echt gelukt was een meesterwerk te maken.

Geen enkele kritiek?

En toen kwam het eind. Het is een geluk dat de eerste twee uur van de film zo goed is, want het einde slaat helemaal nergens op. We weten natuurlijk van deze franchise dat het niet allemaal op de werkelijkheid gebaseerd is en dat er af en toe een beetje magie bij komt kijken, maar dit slaat werkelijk alles. Het is jammer dat het verhaal daarbij zo ver van de werkelijkheid wegtrekt dat het het bijna verpest. Met de nadruk op ‘bijna’, want de rest van de film is hiervoor te goed. Voordat ik aan de film begon had ik verwacht dat ik drie uur erg lang zou vinden, maar in de praktijk viel dat erg mee. Het verhaal verveelt niet en er zitten weinig overbodige scènes in.

Conclusie

Mocht je nog twijfelen, ik raad je ten zeerste  aan om deze film te gaan kijken, hij heeft een grote kans een klassieker te worden en zich in het rijtje van de andere Indiana Jones-films te voegen. Er valt nog heel veel te zeggen over deze film, maar eigenlijk moet je hem gewoon gaan kijken!

Give ‘em hell, Indiana Jones!

 

Deze recensie, geschreven door Rob van der Werf, heeft oorspronkelijk op Starwarsawakens.nl gestaan, en is met toestemming op de website van het NCSF geplaatst.

Omen, een apocalyptische SF-Collectie

Omen.jpg

Omen, een apocalyptische SF-Collectie (YSF)
Dutch Venture Publishing, Utrecht (2023)
181 pagina’s; prijs 16,95
Samenstelling: Ünver Alibey
Omslag: Jen Minkman
Vertaling: Jen Minkman

Het leven van deze recensent gaat toch wel over rozen. Buiten (nogal) wat medische malheur, waar ik geen controle over heb, gaat het leven qua boeken… Fantastisch!!! Ik lees boeken, bundels en anthologieën zonder weerga en met ‘Omen’ heb ik ook weer iets speciaals in handen. Nooit eerder recenseerde ik iets van Dutch Venture Publishing (vanaf nu DVP genoemd). Natuurlijk, DVP is een Young Adult uitgever en als ik iets absoluut niet ben… is een Young Adult. Je zou me eerder als Old Adult kunnen kwalificeren. Maar dat maakt voor mij in ieder geval niets uit. Ik lees net zo makkelijk een jeugdboek, een prentenboek, een Young Adult boek, of een boek voor volwassen. Ik had al eerder een keer een aanvraag bij DVP gedaan, maar kreeg toen nul op rekest. Gelukkig kreeg ik op een gegeven moment contact met Cathinca van Sprundel via facebook, waarbij ik mijn interesse in ‘Omen’ ventileerde, waarvan ik het aanstaande verschijnen al veel eerder opmerkte. Dat leidde weer tot contact met Jen Minkman, et voilà… een recensie-exemplaar in de bus! Blij mee… én benieuwd naar!

‘Omen’. Waar de naam van deze anthologie vandaan komt… dat weet ik niet. Er is geen titelverhaal in het boek zelf. Een omen is, vertaald uit het Oud-Romeins, een voorteken. Het heeft in de fantastieke wereld een negatieve lading, zeg maar: Horror. We herinneren ons natuurlijk de film: ‘The Omen’ uit 1976, met een aantal vervolgen. Dat was behoorlijk eng. Dystopie… dat is ook behoorlijk eng. Misschien heeft het daarmee te maken én misschien het feit dat je tegenwoordig de omens (omina) kunt lezen en zelf zien dat het niet goed gaat met de wereld. Dystopie is de tegenhanger van utopie en geeft aan dat de wereld naar de knopen gaat (ik had iets anders willen schrijven, maar toch maar niet gedaan), of gegaan is. Er zijn heel erg veel dystopische verhalen in omloop vandaag de dag, die stuk voor stuk weinig goeds voorspellen.

‘Omen’ bevat negen dystopische verhalen, verzameld door Ünver Alibey, een Turks-Cypriotische schrijver, waarvan ‘Bloemenkind’, een jeugdfantasie, afgelopen mei bij DVP verscheen. ‘Omen’ bevat verhalen van schrijvers uit landen, zoals onder andere Turkije, Griekenland, Italië enzovoort, waar we nooit fantastieke verhalen van te lezen krijgen, dus dat maakt het voor mij zo interessant. Ik vind het een dappere uitgave van DVP. Je moet maar afwachten hoe zoiets uitpakt. We zullen de verhalen een voor eens overlopen.

Allereerst is er een inleidend voorwoord door de samensteller, Ünver Alibey. Daar kan ik het in grote lijnen wel mee eens zijn. De genoemde titels, daar kan je over natuurlijk over discussiëren. Of het wel de juiste zijn, of dat er wel recentere zijn te benoemen, maar ik vind het goed zoals het is!!!

-Cathinca van Sprundel – Vergeet-me-niet.arch (YSF)
Een beschrijving van een tocht van de ene beschermde enclave naar de andere. Als je ‘De weg’ van Cormack McCarthy hebt gelezen, dan is dit verhaal er een ietwat zwakke afspiegeling van. Maar voor de YA van tegenwoordig is dit een vrij heftige tocht door een apocalyptisch landschap op zoek naar een gastvrije leefgemeenschap. Mooi verteld!!!
-Joanne Carlton – Uitgangsdag (YSF)
Verhaal van de Belgische auteur, waarvan we als Sandra J. Paul al meer hebben mogen smaken. Sombere vertelling van een vrouw in een grijze wereld, die door klimaatontkenning geworden is wat hij is vandaag. Je werkt zeven dagen in de week in een grijze gevangenis, waarin je einde komt op je 35ste levensjaar, om plaats te maken voor een jongere generatie. Prima verhaal, waarin verlies een grote rol speelt.
-Funda Özlem Şeran – Hammamhitte (YSF)
Verhaal van een Turkse schrijfster. In eerste instantie denk je: “Waar gaat dit over?”, maar als je even volhoudt wordt het hilarische dolle pret van een ‘Na de mens’ verhaal. Ik heb ervan genoten. Op een verhaal als dit had ik gehoopt in deze anthologie. Ik hoop dat ik nog eens iets meer van haar lees!
-Dimitra Nikolaidou – Een oeroude ziekte (YSF)
Verhaal van een Turks-Cypriotische schrijfster. Op zich is ‘Een oeroude ziekte’ een fascinerend verhaal, maar het balanceert op een nogal zeer smalle basis van geloofwaardigheid. Bovendien is er iets in dit verhaal (De vertelling zelf? De vertaling? De redactie?) niet helemaal op orde, zodat de leesbaarheid er niet beter op wordt.
-Colin O’Sullivan – Opstand: Aan (YSF)
Een Ierse schrijver die in Japan woont. Hij schrijft een prachtig en intrigerend verhaal over een overblijvende stad met verrotte regenbogen en chemische wolken. Een stad die in de gaten wordt gehouden vanuit een trein, die maar doordendert, tot… Een gruwelijke dystopie, een dictatoriaal bewind…, maar schitterend geschreven!!!
-Seran Demiral – De Storm (YSF)
De Turkse schrijver Seran Demiral schotelt ons een vreemd, maar intrigerend én irritant verhaal voor. De aarde is overgenomen. Door wie, of wat? Wat het te maken heeft met de Triffids, zal me altijd wel een raadsel blijven. Misschien dat dit pas duidelijk wordt als dit verhaal een boek geworden is.
-Kostas Charitos – De vogelverschrikker (YSF)
De Griekse schrijver Kostas Charitos is een leraar scheidkunde. Hij beschrijft een onvruchtbare wereld, waar een jongen in een project erin slaagt gras te laten groeien op een stukje schoongemaakte grond. De zon is een killer, zodat de meeste mensen ’s nachts leven. Zijn de vogelverschrikkers… Prachtig dystopisch verhaal, zoals ik ze meer wil zien!!!
-Lara Reims – Ik zie je aan de andere kant (YSF)
Waanzinnig mooi verhaal van onze eigen Lara Reims. Ze woont, schrijft en werkt in Roemenië en Frankrijk. Zoals ik al zei… waanzinnig mooi verhaal over de mogelijkheden en onmogelijkheden van AI’s. Claire’s geeft haar AI steeds meer verantwoordelijkheden en komt uiteindelijk zichzelf tegen. Een dystopie, die voor haar een utopie lijkt, maar is dat ook zo? Lara Reims… ik zie haar graag ook eens een verhaal voor volwassenen vertellen!
-Chaira di Giorgi – De Tijdspringer (YSF)
Chiara di Giorgi is een Italiaanse schrijfster, die in Duitsland woont, en zich nogal met tijd bezighoudt. Wel… dit verhaal is er een voorbeeld van. ‘De Tijdspringer’ is wel een grappig verhaal, wat verder niet zoveel inhoud heeft. Het is een hele hoop geklets in de ruimte, of tijd, zo u wilt.

Als je alle plussen en minnen bij elkaar telt, dan kom je er op uit dat ‘Omen’ een goede anthologie is met een paar briljante verhalen en een paar verhalen die beter niet opgenomen had kunnen worden. Komt daar smaak bij kijken? Mogelijk… maar niet voor mij, denk ik. Al heel wat jaren recenseer ik inmiddels en ik herken een goed verhaal als ik er een zie. En… uiteraard werkt dat natuurlijk ook de andere kant op.

Zoals ik al in mijn aanhef zei… ik vind het een dappere zet van DVP om een anthologie als ‘Omen’ uit te geven. Je steekt als uitgever toch je nek uit. De meeste auteurs zijn onbekend en onbekend is meestal onbemind. Dus… een dikke duim voor DVP. Ik ben altijd te vinden voor een nieuw experiment, als dat er nog eens komt. Tot slot nog een opmerking… een aantal verhalen is uit het Engels vertaald. De bibliograaf in mij, zou graag die Engelse titels in het colofon willen zien, alsmede de bron van waaruit de verhalen (mogelijk) afkomstig zijn. Ik neem niet aan dat alle verhalen speciaal voor deze anthologie geschreven zijn.

Jos Lexmond

Johan Klein Haneveld – De laatste verkenner. Verre werelden, verre toekomsten

De-laatste-verkenner.jpg

Johan Klein Haneveld – De laatste verkenner. Verre werelden, verre toekomsten (SF)
Godijn Publishing, Hoorn (2023)
327 pagina’s; prijs 20,99
Omslag: Leijp Vormgeving/Cornell Göksu

Johan Klein Haneveld is een grote producent van verhalen, waarvan het gros SF is en een ontzettend groot deel meer dan goed en geweldig goed is. Een enkele keer slechts kan je hem erop betrappen iets minder aandacht aan een verhaal geschonken te hebben, maar dat is eigenlijk te verwaarlozen, de boog kan niet altijd gespannen staan! “Johan Klein Haneveld is een schrijver in hart en nieren.” Staat op de achterflap te lezen en dat is een understatement. Je kunt haast geen tijdschrift of SF gerelateerde anthologie openslaan, of er staat wel een verhaal van Johan in. Mooi! Heel mooi! De wereld zou een stuk saaier zijn zonder een auteur als Johan, dat is een ding wat zeker is.

‘De laatste verkenner’ staat vol verhalen die sinds 2017 wel ergens in of op verschenen zijn. Zo’n bundel is natuurlijk een prachtige gelegenheid om al die verhalen eens te verzamelen en aan den lande te tonen. Als ik het wel tel, dan zou ik elf van de zevenentwintig verhalen gelezen moeten hebben, omdat ze in tijdschriften (of andere uitgaven) stonden, die ik in handen heb gehad. De overige verschenen op media, zoals websites en andere bronnen die ik nooit onder ogen gehad kon hebben. Al met al is ‘De laatste verkenner’ een prima mogelijkheid ze alsnog tot me te nemen. Overigens… de verhalen die ik wel las, ben ik helaas allang weer vergeten. Dat ligt niet aan de verhalen, maar aan mij. Hoe dan ook… we zullen ze allemaal eens overlopen.

-De wachtende vrouw (SF)
Een speleoloog tegen zijn pensioen aan, doet een enorme ontdekking, maar zwijgt er over. Wanneer maakt hij zijn ontdekking bekend? Intrigerend verhaal! Wat (en vooral) wie, vond de speleoloog? De indruk die ik kreeg, was dat het niet af was, er moest nog veel meer gebeuren, maar dat zal immer buiten ons gezichtsveld blijven.
-Het breukvlak (SF)
Sonny komt bij in een woestijn. Ze lijkt een zwaar beschadigde androïde te zijn, en… beschadigd door beschoten te zijn. Wie, wat en hoe… that’s the question.
-Besmetting (SF)
Een zelfgekozen verbanning, afscheiding en een jaarlijkse toenaderingspoging. Goed of fout, juist of vergissing. Prachtig verhaal met grote gevolgen.
-In de Rotterdamse haven (SF)
Fascinerend verhaal over een man die in een overstroomde wereld (in Rotterdam) in het water ligt en gered wordt door een voorbijkomend roestbak van een schip. Toch weer een verhaal waarvan je wilt weten hoe het verder gaat.
-Gevallen engel (SF)
Op aarde leef je in gefortificeerde onderkomens. Buiten is het niet veilig. Als een engel in nood raakt, waagt een priester zich buiten om hem (het/haar) te redden. Tevergeefs… Mooi en tegelijkertijd eng verhaal!
-De bevrijder (SF)
Een dystopisch verhaal over een androïde vrouw met een missie. De wereld is slechts een schim van de wereld die wij kennen. Judith Newton heeft een plan. Verontrustend verhaal met een onverwacht einde.
-Wereld van monsters (SF)
Met groeiend enthousiasme las ik dit schitterende verhaal. Ik voelde de wanhoop van de hoofdpersoon en ik hoopte met hem mee. Het einde was onverwacht, maar logisch. Laten we ervan leren!
-De smaak van aardbeien (SF)
Superrealistisch verhaal in een dystopische en een klimaat veranderde toekomst. Magnifiek verteld op een manier die je de wereld inzuigt. Ik proefde zelfs de aardbeien!
-De ijzeren vrucht (SF)
Prachtverhaal over een utopie, die zomaar weer in een dystopie zou kunnen veranderen. Kan een archaïsch apparaat, van voor de klimaatcrisis, iets dergelijks bewerkstelligen?
-Het huis op de heuvel (SF)
Een tussendoortje, maar geen onaardige! Ik ga er niets over zeggen. Gewoon achteruit leunen, lekker zelf lezen en genieten van de eenvoud en souplesse van Johan!!!
-Grafplaneet (SF)
Als je als bioloog ietwat met de feiten hebt gerommeld, is het maar de vraag of je opnieuw vertrouwd wordt bij een crisis. Te vroeg, te laat… het is om het even!
-Ongeluk (SF)
Een geluk bij een ongeluk, zo kan je dit verhaal het best omschrijven. Twee ruimtevaarders in een baan om Gliese 581d., daarheen gestuurd op de indicatie van leven. Mooi en gevoelvol verteld, met een ontknoping die je aan voelde komen. Als de ontknoping dan komt, vlamt de ontlading alsnog.
-Kille ontmoeting (SF)
Prachtverhaal met een afloop die ik, twee pagina’s voor het einde, voorzag. Maar… dat doet geheel en al niets af aan het verhaal. Vooral de tegenstellingen in de projectie deden me grijnzen.
-De hemel op aarde (SF)
Je hoeft niet echt te weten dat Johan gefascineerd is door de ijsmanen van ons zonnestelsel én een grote liefhebberij heeft in aquaria. Je zuigt het gewoon op uit het verhaal. Het heeft wel iets als een aquarium bestuderen, al zal daar de intelligentie (al weet je het natuurlijk maar nooit) ver te zoeken zijn.
-De strijd der dryaden (SF)
Verhaal over een bioloog die wordt ingezet als soldaat om bomenkap te beschermen tegen de dryaden. Als ze gewond raakt, krijgt ze de tijd om een en ander te overdenken en doet een belangrijke ontdekking. Tijd voor rigoureuze besluiten!
-De laatste der parafanten (SF)
Ook op deze wereld verwoest de mens het leefgebied van de inheemse bevolking. Een misdaad zonder weerga en mededogen. Mooi verhaal!
-De cactus liep voorbij (SF)
Een humoristische titel, maar het verhaal beschrijft een bloedserieuze overlevingsstrijd van mensen gestrand op een bizarre wereld. Elk mens is nu nodig om te overleven, maar…
-De ijzeren heuvel (SF)
De woeste waarheid! Om te overleven gelden de wetten van de woestijn. Wie niet mee kan komen, blijft achter. Rituelen om te blijven leven. Mooi verhaal met een verlangen naar toen… en verlangen dat onderhouden wordt.
-Een kwestie van perspectief (SF)
In dit verhaal verdiept Johan (en wij dus ook) zich in de problemen die lange reizen in de ruimte met zich meebrengen. De pro’s en con’s zogezegd. Ik denk dat de con’s wat groter zijn dan de pro’s!
-Wraakneming (SF)
Spannend en schitterend verhaal, dat je ademloos tot je neemt. De zeer onverwachte plot raakt je als een antimaterieraket!!! Het verscheen eerder in HSF in 2019. Ik moet het daar dus eerder gelezen hebben, maar ik vrees dat ik het niet terug kon halen. Maar als je bedenkt wat ik allemaal in die vier jaar gelezen heb, dan is het ook weer niet zo gek.
-Droomboot (SF)
Mooi verhaal dat eigenlijk nergens anders over gaat, dan je bestemming bereiken. Als je maar zelf kan besluiten hoe!
-Het moeras (SF)
Een onbekend wezen, volop in strijd met zichzelf en ervan overtuigd zijnde achtervolgt te worden, baant zich een weg door een moeras. Het weet niet waarheen, maar gaat in een rechte lijn worstelend voorwaarts. Waarheen, waarvoor…
-Waar je goed in bent (SF)
Een waanzinnige wereld en een opgesloten pyromaan, zonder zijn benodigdheden. Een wereld afgetekend en afgerekend op zijn behoefte. Is er plaats voor een pyromaan?
-De tuinman (SF)
De aarde oneindig ver in de toekomst. Aliens op bezoek, geprojecteerd in robotlichamen. De aarde is leeg. Overal zijn littekens van mismanagement en uitputting. Slecht enkele plekken van groen, van hoop…
-In elkaars ogen (SF)
Dit is een verhaal dat helemaal Johan Klein Haneveld uitstraalt! Titan, onder het ijsoceanen, interstellaire ruimte, alles in optima forma. Het is slechts een ding niet wat het wel zou moeten zijn. Het schreeuwt in kapitale letters om een roman te mogen worden. Laat het gebeuren, Johan! Het heeft zelfs misschien wel de potentie van een trilogie!!!
-De laatste verkenner (SF)
Het titelverhaal. Waarschijnlijk gekozen omdat Johan ook wel aanvoelde hoe bijzonder het was. Het is van alles het laatste in het zonnestelsel en die gebeurtenissen zijn met melancholie omhult. Prachtig en een absoluut bewijs van kunnen. Petje af!!!
-Het bezoek van de tovenaar (SF)
En dan… last but not least! Dit verhaal dat Johan’s bijdrage aan ‘Wereldbedenkers’, die ik mocht samenstellen voor Spatterlight. Het was de bedoeling een bundel te maken met verhalen die die de geest van Jack Vance geschreven waren. Achteraf gezien is dit verhaal niet echt Vance, maar daarom is het er niet minder om!

‘De laatste verkenner’ is een magnifieke bundel met korte verhalen. Ze lijken allemaal binnen een bepaald thema te passen. Een wezen, man, alien of robot, is in een bepaalde situatie geplaatst en ontdekt al doende zijn plaats, functie of oplossing in het geheel. Maar immer origineel en meestentijds met een verrassend uitkomst. Veel van de verhalen zijn kort, niet meer dan een paar duizend woorden, maar krachtig! Deze bundel is een prachtig overzicht van zijn kunnen en oeuvre. Daar wil ik er nog wel eentje van!!!

Jos Lexmond

Adrian Tchaikovsky – Kinderen van de tijd

Kinderen-van-de-tijd.jpg

Adrian Tchaikovsky – Kinderen van de tijd (SF)
Kinderen van de tijd 1
Iceberg Books, Amsterdam (2023)
Oorspr.: Children of Time, Tor UK (2015)
489 pagina’s, € 24,99
Vertaling: Lia Belt
Omslag: Macmillan Publishers International Ltd./Michael van Zijl

Het is mij zeker niet alleen opgevallen, maar er is een grote onbalans in vertaalde SF en SF van Nederlandstalige schrijvers. Een rare manier om deze recensie te beginnen? Misschien! Maar het is wel zeker zo. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw, was een er hausse aan vertaalde SF van voornamelijk Britse en Amerikaanse auteurs. Ik vond het prachtig en verslond ze met huid en haar. Nederlandstalige auteurs waren er niet of nauwelijks, of… werden niet uitgegeven. Je moest ze in ieder geval met een lantaarntje zoeken. In de jaren negentig kwam de klad in de vertalingen. Er werd steeds minder vertaald en hedendaags zijn het vooral de Nederlandstalige auteurs die domineren. Misschien niet echt bij de grotere uitgeverijen, maar bij de kleinere en fanbased uitgeverijen, vieren zij hoogtij. Het Nederlandse taalgebied brengt vandaag de dag prachtige Fantastiek voort. We hebben dan ook indrukwekkende namen en via de diverse verhalenwedstrijden is voldoende nieuw talent dat met prachtige verhalen debuteert. Maar nu… nu zitten weer met het feit dat er amper iets vertaald wordt en het gene dat er wel doorheen komt, verschijnt bij kleine uitgeverijen en verdwijnt, omdat er geen SF op staat, meestal in de anonimiteit van de mainstream uitgaven. De balans, waar mijns inziens toch wel behoefte bestaat, ontbreekt telkenmale compleet. Totdat Erik Schreuder met Iceberg Books begon en er zo eenzijdig een einde aan maakte. Alle lof daarvoor!!! Hopen maar dat dit goede voorbeeld goed gevolgd gaat worden.

In de begeleidende brief bij dit recensieboek, vertelde Erik Schreuder dat hij met gepaste trots, ‘Kinderen van de Tijd’ aan ons, het Nederlandstalige lezerspubliek, presenteerde! Die trots… dat mag absoluut!!! Het boek wordt door eenieder die ik ken en die het gelezen heeft (in het Engels weliswaar) als hoogstaande SF genoteerd, iets wat ook wel blijkt uit het feit dat het de ‘Arthur C. Clarke Award van 2016 gewonnen heeft. Die gepaste trots voel ik zelf ook wel een beetje. Terecht of onterecht? Geen idee, maar het is een feit dat ik in een eerdere recensie van een Iceberg Books uitgave (weet niet meer welke) Adrian Tchaikovsky suggereerde als een mogelijke nieuwe vertaalde auteur bij Iceberg Books. Heb ik daarmee een zaadje gezaaid? Met evenzovele trots, hoop ik van wel, maar het zal wel niet. Tscaikovsky is uit zichzelf al een uitstekende keus, ook zonder enige suggestie van mijn kant. Maar het is evenwel een mooie fantasie. Maar goed… uit met dit suggestieve gedoe. Lezen!!!

En… dat heb ik gedaan, én… er absoluut van genoten. Prachtige SF in een prachtige SF-verpakking. Uiteraard ga ik er niet al te veel over vertellen, daar moet je zelf maar van genieten.

Maar… Tchaikovsky had natuurlijk een groot voorbeeld en dat was David Brin met de Uplift serie (misschien is ook de Brin 2-faciliteit een teken aan de wand?). Helaas kregen wij daar maar twee delen (deel 2 en deel 4), alsmede een verhaal van mee. Vrijwel zeker heeft Adrian daar het idee vandaan om de apen op de nieuwe aarde Up te Liften, maar bracht vrijwel meteen de hele David Brin invloed om zeep om er zijn eigen unieke en geweldige draai aan te geven. Namelijk dat het inzaaien van de Nieuwe Aarde met het nano-virus dat de apen moest liften in hun evolutie. Bij gebrek aan apen, kreeg een ander ras, namelijk spinnen, een behoorlijke boost en ging hun evolutie met raketsprongen voorwaarts. De laatste overlevenden van de aarde maken uiteindelijk hun sprong naar hun beloofde Eden, de nieuwe aarde, en verwachten daar een compleet geterraformeerde en kant en klare nieuwe Aarde aan te treffen. Niet dus…

Het is een prachtig verhaal. De evolutie van de spinnen enerzijds en de involutie van de mensheid anderzijds. Ik zit er nog steeds van na te hijgen. De visie van Adrian Tchaikovsky is fenomenaal. Ik kan haast niet wachten op de andere delen van de trilogie. Deel twee, welke inmiddels vertaald is en deel drie waarvan Erik Scheuder in en post op facebook vertelde dat de gehele trilogie absoluut zeker vertaald zou worden. Geweldig nieuws dus. Het zou niet de eerste keer zijn dat begonnen werd aan een prachtige serie, welke niet afgemaakt werd. Doodzonde!!! Maar… dat gaat ons met de ‘Kinderen van de Tijd’ niet gebeuren!!!

Even nog over de vertaler: Lia Belt. Vertalers komen haast nooit voor het voetlicht, maar daar wilde ik toch even eens verandering in brengen. Lia Belt is al een oudgediende (bedoel ik verder niets mee) op het gebied van het vertalen van Fantastiek. Sinds 2003 vertaalt ze alleen nog maar fictie, waaronder een paar zeer grote namen, zoals: Robert Jordan, Terry Goodkind, Raymond E. Feist, Brian Herbert (de Duin voortzetting van zijn vader), de Locus Award bundel uit 2006 én velen meer. Een terecht keus dus om haar deze vertaling van ‘Kinderen van de Tijd’ te laten doen. Dag mag ook wel eens gezegd zijn.

Wel… rest mij nog één ding. Ben je een SF-liefhebber, dan mag je deze Wereld SF uitgave absoluut niet laten liggen. Aanschaffen dus en steun het geweldige initiatief van Iceberg Books. Help mee hun en onze eigen droom waar te maken en een betere balans te krijgen tussen Nederlandstalige SF en vertaalde SF. Er zijn nog behoorlijk wat meer boeken die de Arthur C. Clarke Award hebben gewonnen welke nog steeds niet vertaald zijn. Om nog maar te zwijgen van de andere grote Awards, zoals de Nebula Award en de Hugo Award. Mijn droom is dat al die winnaars vertaald zullen worden. De wereld wordt daar een heel stuk mooier van!!!

Jos Lexmond

Schaduwhotel – Nico De Braeckeleer

Braeckeleer-Schaduwhotel.jpg

Schaduwhotel – Nico De Braeckeleer (JHO)
Middernacht 1
Pelckmans, Kalmthout (2023)
167 pagina’s; prijs 14,50
Omslag: KaaTigo

Mijn bewondering voor Nico de Braeckeleer wordt maar groter en groter. Onvoorstelbaar wat die man allemaal doet. Ik word er al moe van als ik er alleen al aan denk. Ik heb een stukje uit zijn biografie op Fandata.nl gekopieerd:

“Nico ging in 2012 aan de slag als scenarist en auteur voor Studio 100. Nico De Braeckeleer schrijft ook scripts, waaronder in 2013-2014 dialogen voor de VTM-soap Familie. De Braeckeleer is werkzaam bij Studio 100, waar hij boekjes schrijft en mee bedenkt (Piet Piraat, Mega Mindy, Het Huis Anubis, Dobus, Rox, etc.), maar vooral scenario’s schrijft (Hallo K3, Jabaloe, Rox, Plop, Prinsessia, etc.). Hij schreef samen met Gert Verhulst ook het scenario voor de K3-films K3 Bengeltjes (2012) en K3 Dierenhotel (2014). Ondertussen werkt hij nog steeds met heel veel plezier aan de projecten van Studio 100. Daarnaast schrijft hij als zelfstandige in bijberoep boeken, strips en scenario’s, voor alle leeftijden, van jong tot minder jong. Hij houdt van het vertellen van verhalen”.

De laatste zin: “Hij houdt van het vertellen van verhalen”, had er eigenlijk niet bij hoeven te staan. Dat kan elk weldenkend mens zo wel zien!!!

Het moge duidelijk zijn dat Nico niet om ideeën verlegen zit. Met ‘Schaduwhotel’ start hij alweer een nieuwe reeks: ‘Middernacht’ waarbij meteen al het tweede deel ‘Duivelsschool’ ook al beschikbaar is. Je hoeft je dus niet in te houden!!! De verhalen in de ‘Middernacht’ reeks zijn standalone’s, wat wil zeggen dat het steeds weer een verhaal is met andere hoofdpersonen in een geheel nieuwe setting. Dat is een stuk lastiger dan een reeks met steeds dezelfde personen. Maar… dat is Nico wel toevertrouwd.

Op de achterflap staat de opmerking: “Sommige verhalen zijn zo griezelig, zo verontrustend, dat je er een raar gevoel van in je buik krijgt.” Wel… dat mag ook van dit verhaal gezegd worden. Ik ben nogal wat gewend. Als je Howard Phillips Lovecraft en Clark Ashton Smith gelezen hebt (daar kreeg ik echt een heel erg raar gevoel in mijn buik van én nachtmerries) dan kan je daarna wel ergens tegen, maar ik moet zeggen dat ik ‘Schaduwhotel’ ook behoorlijk eng vond. Nico heeft de geweldige gave om mensen een verhaal in te trekken!!!

En… waar gaat het verhaal over? De ouders van de 12-jarige Vic hebben een kasteel, op de top van een heuvel, gekocht in een klein dorpje genaamd Sansâme (sans âme is Frans en betekent dood, levenloos, geesteloos, onbezield, niet bezield. Normaal verklap ik dit soort dingen niet, maar hier komt nooit iemand achter, denk ik (hoop ik)). Vic bezocht het al een keer eerder, maar nu voelde te anders. Dreigend en duister. Zijn ouders willen een hotel openen in het kasteel. Vic had het kasteel op proberen te zoeken op internet, maar niets gevonden. Als ze het dorpje in rijden, houdt een oud vrouwtje ze aan en zegt dat ze terug moeten keren. Als zijn ouders dan vertellen dat ze het hotel gekocht hebben, reageert het vrouwtje geschokt. Het kasteel is jaren geleden afgebrand, zegt ze. Als zijn ouders zeggen dat ze het kasteel gewoon kunnen zien, schud het vrouwtje haar hoofd en zegt: O nee, het heeft jullie in zijn greep!

Wel… de toon is gezet én… het is nu al griezelig en dan is hoofdstuk een nog niet eens gedaan. Kan je nagaan wat er verder allemaal nog te gebeuren staat!!! Prachtig, en helemaal mijn stijl. Mooie horror voor kinderen! Het verhaal is voor de leeftijd 10+, dus ook natuurlijk voor 69-. Maar voor 10+ vond ik het toch wel behoorlijk heftig. Maar… als je een beetje stevig in je schoenen staat, dan moet het zeker te doen zijn. Als je van echte griezel houdt… dan zeker aanschaffen. Ik ga gauw eens naar deel twee ‘Duivelsschool’ kijken.