Een kroon voor Koud Zilver – Alex Marshall

Een kroon voor Koud Zilver – Alex Marshall (HF)

Crimson Imperium deel 1

Uitgeverij Luitingh-Sijthoff  B.V., Amsterdam (2016)

686 pagina’s; prijs 29,99

Oorspr.: A Crown for Cold Silver  –  (Orbit Books – 2015)

Vertaling: Gerda Wolfswinkel

Omslag: Lauren Panapinto/DPS – Kaart: Tim Paul

Hoewel er wel een beetje geheimzinnig over is gedaan wie Alex Marshall is, was het vrij gemakkelijk te achterhalen wie het echt was. Hoewel ik er zeker van was dat zijn echte naam bij Fantastic Fiction vermeld was, was die mededeling bij een tweede keer kijken nu weg, maar als je op de website van Jesse Bullington kijkt, staat het tweede boek in de Crimson Imperium trilogie ‘A Blade of Black Steel’ luid en duidelijk aangekondigd. Dus het is wel zeker dat Jesse, Alex is. Nu… dat is ook weer uit de weg.

Dan het boek zelf… Ik moet er eerlijk over zijn, maar ik heb het na hoofdstuk 16 (bladzijde 486) aan de kant gelegd. Toen had ik er genoeg van. Het boek was prachtig verzorgd, mooi uitgevoerd en het had een prima kwaliteit papier. Maar daar ben je er niet mee. Ik ben natuurlijk geen regelrechte Fantasy fan, maar ik herken wel fantastisch Fantasy als ik het lees. Om bij dezelfde uitgeverij (Luitingh-Sijthoff) te blijven. Die hebben geweldige Fantasy auteurs in huis als Robin Hobb, Andrzej Sapkowski, zeker een aantal (vroegere) titels van Terry Goodkind en niet te vergeten George R.R. Martin. Misschien moet ik Naomi Novik met ‘Ontworteld’, die allerlei prijzen met dat boek bij elkaar sprokkelt, ook nog even noemen. Nog niet gelezen, maar dat ga ik zeker nog doen. Bij andere uitgeverijen kan ik Joe Abercrombie en verder in het verleden Ursula K. LeGuin en uiteraard Terry Pratchett nog wel noemen. Er zijn er vast nog veel meer, maar die schieten me even niet te binnen.

Terug naar ‘Een kroon voor Koud Zilver’… ik legde het na hoofdstuk 16 aan de kant, maar moet eerlijk zeggen dat ik die nijging al een aantal malen eerder gehad had. Normaal gesproken doe ik dat niet. Er zijn maar weinig boeken die ik voor het einde weggelegd heb, maar ik kon me maar niet bij het verhaal houden. Enerzijds omdat het maar bij vlagen boeiend was en verder maar doorsukkelde en anderzijds, daar moet ik ook weer eerlijk in zijn, dat de stapel met recensieboeken gestaag groeide omdat het niet opschoot met lezen. Heb ik normaal gesproken een leestempo van 60 tot 100 pagina’s, nu kwam ik niet verder dan 40 pagina’s per avond of zelfs nog minder. Dan moet je dus rekenen dat ik minimaal 17 dagen kwijt ben om deze pil te lezen. Als het dan boeiend en spannend en origineel is… dan is dat geen probleem, maar als ik erop moet kauwen om er doorheen te komen… dan gaat het steeds meer tegenstaan. En zoals gezegd kwamen de momenten dat het verhaal wel boeide veel te weinig voor. Ik moet toegeven… het bloed stroomde soms van de pagina’s, de lichaamsdelen vlogen me van tijd tot tijd om de oren en sommige scènes waren zeer levendig beschreven. Maar dat was niet voldoende om hijgend en kwijlend door het verhaal heen te rauzen en dan smachtend na de laatste pagina om het volgende deel te smeken. Jammer… het had mooi kunnen zijn. Misschien had Jesse Bullington (Alex Marshall) beter bij zijn historische fictie kunnen blijven en de heroïsche fantasy aan anderen over kunnen laten.

Ik heb nog even bij collega recensenten gekeken, iets wat ik normaal gesproken niet doe en wat ik ook niet eerder dan dit moment gedaan heb, en daar zijn de meningen verdeeld. Geweldig, goed, teveel en te lang en allerlei meningen komen voorbij. Een van hen vergelijkt Marshall zelf met George R.R. Martin, maar deze vergelijking moet ik toch ten stelligste tegen spreken. Martin heeft veel meer en veel betere verhaallijnen, intriges en cliffhangers.

Misschien oordeel ik te streng, maar ik kan er niet meer van maken. Waarschijnlijk is een eigen mening de beste.

In het Engelse taalgebied is het tweede deel ‘A Blade of Black Steel’ verschenen en is het derde en laatste deel ‘A war in Crimson Embers’ in 2017 al aangekondigd. Ik sla ze bij voorbaat maar over.

Jos Lexmond

Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen

Jussi Valtonen  – Ze weten niet wat ze doen

Ze weten niet wat ze doen (SF)
Jussi Valtonen
Uitgeverij Signatuur, Amsterdam (2016)
603 pagina’s; prijs 19,95
Oorspr.: He eivät tiedä mitä tekevät (Tammi Publishers, Helsinki – 2014)
Vertaling: Annemarie Raas
Omslag: Dog and Pony

Jussi Valtonen studeerde psychologie, theoretische filosofie en Engelse filologie aan de universiteit van Helsinki. Ook studeerde hij af in de neuropsychologie aan de John Hopkins University in de Verenigde Staten. Hij is vader en in zijn vrije tijd speelt gitaar in twee rockbands. Hij debuteerde in 2003. Dan weten we een beetje over wie we het hebben. Dit boek is bekroond met de prestigieuze Finlandia Prize 2014 en is meteen ook Finlands beste verkocht boek van 2014.

Er zijn boeken die me de kriebels geven en dan bedoel ik niet de horror, maar boeken die ons een mogelijke toekomst voorschotelen die me angst aanjaagt. Dat is me in de loop der jaren al verschillende malen overkomen.

Lees verder “Jussi Valtonen – Ze weten niet wat ze doen”

Medicijn – Ingrid Oonincx

Medicijn – Ingrid Oonincx

Medicijn (SF)
Ingrid Oonincx
The House of Books, 2016
319 pagina’s; prijs 19,99 euro
Omslagontwerp: Bloemendaal & Dekkers
Omslagfoto: iStock / Beeldmontage: Bloemendaal & Dekkers

Eeuwige jeugd, of allerlei andere vormen van onsterfelijkheid, vormt een van de steeds terugkerende thema’s in de sciencefiction, en daarom trok Medicijn, een thriller over een medicijn tegen de ouderdom, mijn aandacht. De flaptekst vertelt: “Alleen een klein en machtig eliteclubje weet dat er al jaren een middel tegen veroudering bestaat. Wat hen betreft blijft dat geheim. Ontdekker Jacob Grünberg wil echter wereldwijde erkenning voor zijn uitvinding. Na de plotselinge dood van haar minnaar raakt pr-vrouw Ella Vreeland verstrikt in het huiveringwekkende web rondom deze meedogenloze wetenschapper en ontdekt ze de schaduwwereld achter de schone schijn.”

En op de website wordt nog een persoonlijke, hedendaagse lading meegegeven: “In Medicijn heeft Ingrid het recept gevonden om actuele maatschappelijke thema’s die haar persoonlijk raken in een spannend verhaal te verpakken. Ze confronteert de lezer met ethische dilemma’s en leidt hen in razende vaart door een ijzersterk plot.”

Dat valt allemaal wel mee, of eigenlijk: tegen.

Lees verder “Medicijn – Ingrid Oonincx”

Suni – Het grote crisisplan – Isabella Quinn

Suni - Het Grote Crisisplan

Suni – Het grote crisisplan (JFA)
Isabella Quinn
Clavis Uitgeverij, Hasselt-Amsterdam-New York (2016)
147 pagina’s; prijs 17,95
Omslag: Studio Clavis

In vergelijking met ‘De laatsten’, het voorlaatste boek van Isabella Quinn is ‘Suni. Het grote crisisplan’ een niemendalletje. Weliswaar een leuk niemendalletje, maar toch… een niemendalletje.

Het verhaalt van Nikita, die jaren geleden een denkbeeldig vriendinnetje had: Suni. Ze had Suni zelf verzonnen en Suni bestond echt. Suni was een EDV, een Echte Denkbeeldige Vriendin. Een EDV was voor iedereen, behalve dan haar verzinner, onzichtbaar, maar kon wel dingen doen in onze wereld, zoals bijvoorbeeld het laten bewegen van een schommelstoel, of het afknippen van een staart bij een bijzonder vervelende neef.

Lees verder “Suni – Het grote crisisplan – Isabella Quinn”

Bloedlijn – Johan Vandevelde & Bart Vermeer, De demonen van Dalca 2

 

Bloedlijn – Johan Vandevelde & Bart Vermeer (JHO)

De demonen van Dalca 2

Abimo Uitgeverij, Kalmthout (2016)

274 pagina’s; prijs 14,95

Omslag: Maarten Hermans/Abimo Uitgeverij

Ik denk niet dat het initieel de bedoeling was dat ‘Nachtwild’, De demonen van Dalca, deel een, uit zou groeien tot een trilogie, maar toen nachtwild al een derde druk kreeg, ging de uitgeverij toch maar eens te rade bij de beide schrijvers. Of er nog iets in de tank zat? Dat moet de vraag geweest zijn, waarop het antwoord (misschien na enig aarzelen) een volmondig: Ja!!! werd. Of het moet zijn dat het in eerste instantie bij de schrijvers wel de bedoeling was en bij de uitgeverij niet.

We zullen het nooit weten denk ik zo. Als je naar het einde van ‘Nachtwild’ kijkt zijn er wel een paar open lijntjes. Het verhaal is nog niet echt af, maar als er geen vervolg was gekomen, dan was dat ook niet echt een gemis geweest. Maar nu er wel een vervolg is (en hierna komt er dus nog een) kunnen de verhaallijnen die niet helemaal klaar waren, weer volop gebruikt worden om het verhaal boeiend te laten vervolgen.

Dit keer doen Siebe en Naïm bijna niet mee in het verhaal. Siebe fungeert meer als wiki vraagbaak. Alexandru is een nieuwe held in het verhaal, hij is een wees en op de hoogte van de vampiers die rondwaren. Hij wordt de tolk en de gids van Maikel en Joanna en dat is heel erg handig. Maikel is samen met Joanna en haar vader, de vampierjager Victor, op weg in Duitsland in de hoop de verschrikkelijke gebeurtenissen in Brussel te kunnen vergeten. Ze merken echter al snel dat ze geschaduwd worden door bloeddorstige wezens, de strigoi in de vorm van een oud omaatje met haar hondje, die in verscheurende monsters veranderen. Iemand of iets is hen op het spoor. Gelukkig slagen ze erin veilig aan te komen in Keulen, waar Maikel op informatie stuit die hem naar de oorsprong van zijn duistere familieverleden kan leiden, ergens diep in Roemenië. Helaas heeft Victor andere prioriteiten, en vindt hij het te gevaarlijk om erheen te gaan. Maar wanneer er doden vallen en Victor ontvoerd wordt, hebben Maikel en Joanna geen andere keus dan de verre reis alleen te beginnen. Het is het begin van een avontuurlijke tocht dwars door Europa, naar het hart van de Karpaten, waar vampiers meer dan ooit springlevend zijn … en ook waar Maikel zijn familie en zijn geschiedenis beter, veel beter, leert kennen.

Je mag nooit verwachten dat een tweede deel het niveau van het eerste deel haalt of overstijgt. Meestal is een tweede deel meer een inzakker en komt het verhaal in een derde deel weer meer op stoom. Toch geloof ik dat ‘Bloedlijn’ beter is dan zijn voorganger. Weet u nog dat ik u vroeg of u al een dergelijk verhaal las op zijn of haar twaalfde? Ik vond het nogal heftig voor de kinderzieltjes. Nu… dit tweede deel is wat minder bloederig, maar vergis u niet… het gaat nog steeds van dik hout zaagt met planken. En slachtoffers vallen er onder Strigoi en vampiers in voldoende mate, maar het gaat wat beschaafder en dat komt het verhaal ten goede. Het lijkt of de hoofdrolspelers wat meer leven en wat meer hun gevoelens uiten en wat meer nadenken over wat ze doen en waarom. Ook als Maikel beduveld wordt door beelden die hem opgedrongen zijn en niet waar zijn, maar hem wel vol in het hart raken, dan wint het verhaal er alleen maar bij. Ik heb aan ‘Bloedlijn’ veel plezier beleeft en wacht in spanning af wat de conclusie zal zijn van ‘De demonen van Dalca’. Het laatste deel ‘Levensgif’ verschijnt naar verwachting in oktober van dit jaar. Nog even geduld dus.

Jos Lexmond

Nachtwild – Johan Vandevelde & Bart Vermeer

Nachtwild – Johan Vandevelde & Bart Vermeer (JHO)

De Demonen van Dalca 1

Abimo Uitgeverij, Sint-Niklaas (2013)

232 pagina’s; prijs 14,95

Omslag: Klaas Demeulenmeester

Weet je nog wat je las toen je twaalf was? Ik wel. Ondanks dat het al weer vijftig jaar geleden is, weet ik het nog goed. Ik had net de gehele jeugdbibliotheek van de plaatselijke bibliotheek helemaal uit. Althans de boeken die me interesseerden en dat waren er veel. Ik had in die tijd twee abonnementen en sleepte elke week tien boeken mee naar huis. Meestal moest ik binnen die week nog eens terug voor een nieuwe voorraad. Ik had net dispensatie gekregen voor de volwassenenafdeling waarbij ik, onder toezicht weliswaar, boeken mocht lenen. Via de Spectrum Prisma pockets, de Bruna Zwarte Beertjes en Maraboe en de eerste Meulenhoff witte boekjes, was het mijn eerste kennismaking met bijvoorbeeld: Asimov, Anderson, Bloch, Heinlein, van Vogt, Bradbury en ga zo maar door. Ik wist niet wat me overkwam. Maar hoewel de verhalen soms als een schok binnenvielen heb ik nooit, nee echt nog nooit zo’n horror gelezen als in ‘Nachtwild’ geschilderd wordt. Ik durfde dat soort boeken ook niet te lezen, moet ik eerlijk bekennen. Pas veel later heb ik de schade ingehaald.

Ik denk dat kinderen in de afgelopen vijftig jaar een hele inhaalslag gemaakt hebben en niet echt meer opkijken van wat slasher gebeuren, maar daar waren de tere kinderzieltjes van destijds nog lang niet aan toe.

Ik zal een fragmentje, zonder dat het verder iets verklapt, uit ‘Nachtwild’ reproduceren, dan kan je eens kijken of je zelf al zoiets las toen je twaalf was. Hier komt het: “Annie duwde Sjef ruw opzij, trok met haar hand haar haarpin los, zodat haar ravenzwarte lokken over haar schouders vielen en plantte het ding recht in het oog van het monster. Hij maakte een sissend geluid en het wezen krijste het uit. Het liet zowel Sjef als de deur los en rolde rokend over het wegdek, weg van het busje. Toen het lichaam onder de wielen van de tram verdween, was het niet meer dan een wolk van as, die in de avondlucht verpulverde.” En even verder: “ ‘Iew’, kreunde Annie en ze keek met een grimas naar de rokende oogbal die nog aan haar haarpin zat gespietst.”

Ik heb de namen even veranderd om geen spoilers weg te geven. Nu… kan jij je voorstellen dat je zoiets las toen je twaalf was? Ik niet. Ik zou, denk ik, de eerste uren niet slapen en verdacht zijn op elk geluidje dat ik maar hoorde. Maar nu is het blijkbaar niet anders dan normaal. Mooi dat het kan en mooi dat de kinderen van nu er tegen kunnen.

Nog een stukje achterflap: Het lijkt wel alsof een duistere kracht de stad (Brussel) in zijn greep heeft. Het aantal moorden en verdwijningen is op enkele maanden tijd dramatisch toegenomen, en ook op de school van Maikel duiken een paar obscure figuren op. Wie is de mysterieuze goth Johanna die zich zo afzijdig houdt? Waarom vertelt de nieuwe geschiedenisleraar alleen maar gruwelverhalen uit de 19de eeuw? En waarom wordt iedereen zo snel verslaafd aan het nieuwe computerspel ‘Dark Blood’ dat je gratis kunt downloaden?

Johan Vandevelde, bekend van de serie Elfenblauw en Bart Vermeer gooien in dit boek alle registers open. Horror met een hoofdletter H. Het boek staat bol van het gevecht van een selecte groep jongeren en een paar volwassen begeleiders, tegen bovennatuurlijke wezens die het gemunt hebben op bloed, vers en stomend. Het liefst van jonge mensen, maar als het niet anders kan, is wat ouder bloed ook niet te versmaden.

Het tweede deel ‘Bloedlijn’ is ook al uit en dat ben ik op dit moment aan het lezen. Eerdaags komt daar ook een recensie van. Het derde en afsluitende deel ‘Levensgif’ staat gepland voor oktober.

Jos Lexmond

Armada – Ernest Cline (YSF)

Armada – Ernest Cline (YSF)
Uitgeverij Q, Amsterdam – Antwerpen (2016)
382 pagina’s; prijs 17,50
Oorspr.: Armada – (Crown Publishing Group – 2015)
Vertaling: Ralph van der Aa
Omslag: Adept Vormgeving
Illustraties: Russell Walks

Met ‘Ready player one’, won Ernest Cline de Prometheus Award 2012. Een dag na de publicatie van ‘Ready player one’ (in 2010)werden de filmrechten al verkocht aan Warner Bros. Naar verluidt wordt de film, geregisseerd door Steven Spielberg, uitgebracht in 2018.
De vertaling van het boek verscheen in 2014. Ik heb het (nog) niet gelezen, maar ga het alsnog op mijn lijstje van te lezen boeken zetten. Of ik er ooit nog aan toe kom… dat weet ik niet, maar de intentie is er en dat is het belangrijkst.
De filmrechten van ‘Armada’ werden al ruim voor de publicatie verkocht aan Universal Pictures. Dus het gaat goed met meneer Cline, dat mogen we wel stellen.
‘Ready player one’ en ‘Armada’ hebben beiden hun roots in de gamewereld. Een wereld waar ik niet echt in thuis ben. Of liever: echt niet in thuis ben. Ik ben gestopt met gamen toen het wereldberoemde ping pong, gespeeld op de televisie (ken je nagaan hoe oud ik ben) immens populair was. Zelfs op de laagste snelheid had ik al moeite de ‘bal’ terug te slaan. Ik gaf de moed heel gauw op. Dus ik weet niets van gamen, daar komt het op neer.

Hoe dan ook. Zack Lightman is wel een gamer en een goede ook. Op een dag op school tijdens een bijzonder saaie les wiskunde kijkt hij uit het raam en ziet hij een ruimteschip langs vliegen. Het is een Sobrukai Glaive fighter, een van de ruimteschepen die bestuurd werden door boosaardige aliens uit het spel Armada, zijn favoriete videogame. Sterker nog… Zack is een van de beste spelers van de wereld. Hij staat op de zesde plaats op de wereldranglijst. Wat hij zag blijkt meer dan echt te zijn. Buitenaardse wezens zijn vastbesloten om de aarde te vernietigen en zullen binnen vierentwintig uur aanvallen. De wereld maakt zich op voor een verwoestende aanval.
Zack’s vader die (kleine spoiler) gestorven was bij een ongeluk, blijkt niet dood te zijn. Al in 1973, toen de Pioneer 10 langs Europa (een maan van Jupiter) scheerde bleken daar al tekenen van buitenaardse beschaving en de aarde had tijd om haar verdediging te organiseren. Zack’s vader werd al vroeg ingelijfd en is nu een hoge pief bij de Earth Defence Alliance. Jarenlang, zonder het te weten, werden gamers via het spel Armada opgeleid om aliens te bestrijden. Miljoenen drones staan klaar om via game consoles bestuurd te worden door even zoveel gamers. Het lot van de wereld ligt in de handen van de nerds. Zach moet een moeilijke beslissing nemen om de aarde en haar bewoners te redden van de ondergang.

Het verhaal is wel wat over de top, maar wie kan het wat schelen. Het is snel en wordt met vaart en passie verteld. Ik heb er behoorlijk wat plezier aan beleefd. Misschien ga ik het gamen ook nog eens leren, en heel misschien kan ik dan ook nog eens in een interceptor tegen kwaadaardige aliens vechten, al vrees ik dat ik dan in een van de traagste interceptors zal moeten vliegen die er maar zijn. Reactievermogen van lik me vestje.

Jos Lexmond

Tinnen soldaten – Chistopher Golden (SF)

Tinnen soldaten – Chistopher Golden (SF)
Uitgeverij Luitingh-Sijthoff B.V., Amsterdam (2016)
380 pagina’s; prijs 19,99
Oorspr.: Tin Men – (Ballantine Books, New York – 2015)
Vertaling: Pieter Janssens
Omslag: Headline/DPS

Hoewel Christopher Golden al heel wat romans op zijn naam heeft staan, kennen wij hem hier voornamelijk van zijn Buffy the Vampire Slayer romans die hij samen met Nancy Holder schreef en in vertaling bij Uitgeverij de Eenhoorn verschenen zijn. Nu dus, out of the blue, ‘Tinnen soldaten’. En terecht zou ik zeggen. De filmrechten zijn al verkocht aan Warner Bros, zelfs al voordat het boek maar verschenen was. Ook al terecht zou ik zeggen, want als je het boek leest wordt het als een film voor je ogen afgespeeld. Zelden een boek gelezen dat zo filmisch geschreven is. Ik denk zelfs niet dat er een script schrijver aan te pas hoeft te komen.
Op de omslag staat: ‘Golden vertrekt met piepende banden en neemt geen gas terug, het is een geweldige leeservaring.’ Het is een uitspraak van Scott Smith (whoever that may be). Meestal moet je dit soort kreten met een flinke korrel zou nemen, maar dit keer kan ik er weinig aan toevoegen. Het is helemaal waar.

Waar gaat het allemaal over? ‘Tinnen soldaten’ speelt zich af in een nabije toekomst van onze aarde en als je alle ellende doortrekt die zich heden ten dage op onze planeet aan de gang is en er een schepje of twee bovenop doet, dan heb je wel zo’n beetje het toneel waar dit boek zich op af speelt voor de geest. Economieën storten in, milieurampen en oorlogen zijn aan de orde van de dag. Amerika bemoeit zich met alle mogelijke crisissen die er zijn, maar stuurt geen soldaten meer. Er zijn in het verleden teveel slachtoffers gevangen. In deze toekomst stuurt Amerika vrijwel onverwoestbare robotsoldaten die door soldaten als drones bestuurd worden vanuit bunkers diep onder de grond en duizenden kilometers verderop.
Danny Kelso is een van die soldaten. Veilig in een bunker bij Wiesbaden in Duitsland, bestuurt hij zijn tinnen soldaat door verwoeste straten in Syrië. Tijdens zijn shift gaat het gruwelijk mis, een aanslag door Islamitische terroristen zorgt voor een EMP (Electro Magnetische Puls) waardoor een wereldwijde stroomstoring ontstaat die niet zomaar weer opgeheven kan worden. Het gaat nu even te ver om een en ander uit te leggen. Als u wilt weten hoe en wat… gewoon dit boek even lezen, daarin wordt het meer dan duidelijk uitgelegd. Hoe dan ook… de bunker in Wiesbaden ligt plat en de soldaten zitten gevangen in hun robotlichamen. Een race tegen de klok begint. Het gaat erom een volgende aanslag op een conferentie van wereldleiders te voorkomen. De tinnen soldaten en dus ook Danny Kelso, moeten harder dan ooit vechten om zichzelf en de wereld waarin ze leven, zowel als de beschaving te redden.

Zoals gezegd heeft dit boek alles in zich. Het is een combinatie van Robocop en Terminator en een opgevoerde versie van de wereld zoals die nu is. Gelukkig had ik dit boek mee op vakantie en dat betekende dat ik er lekker hard doorheen kon racen. Dat is trouwens de manier om een boek met actie zoals deze te lezen. Geen tijd voor rust, geen tijd voor reflectie. Hard en snel genieten, zou ik zeggen. Ik ben meer dan benieuwd naar de film. Eens kijken of die het tempo van het boek bij kan houden.

Jos Lexmond

Zand – Hugh Howey (SF)

Zand – Hugh Howey (SF)
Uitgeverij Q, Amsterdam – Antwerpen (2016)
279 pagina’s; prijs 19,99
Oorspr.: Sand – (Century – 2014)
Vertaling: Alexandra van Raab van Canstein
Omslag: Jason Gurley/Monique Gelissen

Als ik al behoorlijk onder de indruk was van de ‘Silo’ trilogie, ofwel de Wool trilogie, dan ben ik onder de indruk overtreffende trap van ‘Zand’.
Hugh Howey is een Manusje van Alles geweest en verkocht eerst 150.000 e-books van ‘Silo’ voordat een grote uitgeverij hem ontdekte en hem een contract aanbood. De filmrechten van ‘Silo’ zijn verkocht aan 20th Century Fox. Ik ben in gespannen afwachting van de film.
‘Zand’ bestaat uit een vijftal novelles, welke samen de omnibus ‘Zand’ vormen. Blijkbaar is dit de manier zoals Howey schrijft. ‘Silo’ is op eenzelfde manier ontstaan en ook zijn nieuwe project: ‘Beacon 23’ (weer een prachtig gegeven) lijkt zich op dezelfde manier te ontwikkelen. Er zijn alweer vijf delen verschenen als e-book novelle. Misschien dat het alweer voldoende is voor een compleet boek. Laat maar weer komen zou ik zo zeggen.
‘Zand’ was een geweldige leeservaring voor de vakantie die ik had. Ik heb het ademloos verslonden. Waar gaat het over…

Het verhaal speelt zich af honderden, zo niet duizenden, jaren in onze toekomst af. De hele wereld is bedekt met zand. Op soms wel duizend meter diep onder het zand liggen de steden begraven en aan de oppervlakte is het een woestijnlandschap waarin duinen gegeseld worden door de nimmer aflatende oostenwind. Er zijn stadjes en nederzettingen waarvan de inwoners grote inspanningen moeten doen om hun woningen niet onder te laten stuiven. Het landschap is er een van wisselende vergezichten van zandduinen die door de wind voortgejaagd worden en water is een schaars goed. In deze wereld leeft Palmer met zijn broers Conner en Rob en zijn zus Vic. Palmer is zandduiker en onderhoudt zijn broers door naar artefacten te duiken onder het zand. Hij heeft een collega, Hap en samen sluiten ze een deal met piraten die waarschijnlijk Danvar (Denver) onder het zand gelokaliseerd hebben. De stad ligt op duizend meter diep en om het dak van de hoogste zandschraper te bereiken moeten ze zeshonderd meter diep duiken. Een haast onmogelijke taak voor Palmer die met zijn diepste duik hooguit driehonderd meter bereikt heeft. Maar de piraten hebben een gat van tweehonderd meter gegraven en dan is het nog maar vierhonderd meter tot het dak van de zandschraper. Palmer en Hap besluiten het te doen en daarmee begint een van de grootste avonturen dat ik de laatste tijd gelezen heb.

Howey heeft een wereld gecreëerd waar we het mee moeten doen. Een woestijnwereld met heel veel zand, weinig water, een brandende zon, koude nachten en de verwoestende oostelijke wind. Tel daar eens nog eens de zwarte piraten bij die in hun zandzeilers een waar schikbewind voeren en dan heb je een grimmige wereld. Howey verklaart niet hoe deze ontstaan is. Geen idee of er nog zeeën of oceanen zijn. Er zijn wel sporadische bronnen zodat de bewoners van deze zandwereld aan drinken kunnen komen. Soms wil ik heel graag weten hoe een wereld zich tot deze ontwikkeld heeft, maar dit keer niet. De wereld zit logisch in elkaar en hoewel ik het wel graag zou weten, stoort het me niet.
De zandzeilers kan je zo voor je geestesoog voorbij zien stuiven. De duikpakken werken. Ze hebben mogelijkheden om het zand om de duiker heen vast te maken of zich als water te laten gedragen. Kortom alles werkt. Een leuk detail is nog de verschillende duidingen voor zand die Howey gebruikt. Bijvoorbeeld: Mors is zand dat vrijkomt bij inspanning. Kluit is nat zand dat aan schoenen kleeft en Schep is zand dat zich in laarzen verzamelt. Er zijn er nog veel meer en de meesten zijn zo logisch dat een grijns niet uit kan blijven als je ze leest.
Kortom… dit boek smaakt naar meer. Naar heel veel meer.

Jos Lexmond

Zeil de terpen over de ijzige broeikaszee – Tais Teng & Jaap Boekestein

Zeil de terpen over de ijzige broeikaszee – Tais Teng & Jaap Boekestein (SF)

Stichting Fantastische Vertellingen, Nieuw Vennep (2016) Snuffel-reeks, deel 1

80 pagina’s; prijs 7,50

Omslag: Tais Teng/Ingrid Heit

Bij een samenwerkingsverband is het altijd lastig wie er voorop moet staan. Naar mijn bescheiden mening is dat diegene die het initiatief genomen heeft en dat is in dit geval niet evident. Op de omslag staat Jaap als eerste genoemd en dan Tais en op de titelpagina staat Tais Teng & Jaap Boekestein. Dat maakt het er ook niet makkelijker op. Ik doe maar wat ik normaal gesproken doe en dat is aanhouden wat er op de titelpagina vermeld staat. Ik hoor wel als ik het niet correct heb.

Nu we dat aan de kant hebben… de Snuffel-reeks. Dat is een nieuwe reeks van de Stichting Fantastische Vertellingen van Remco Meisner. Remco zegt er zelf over: “De Snuffel-reeks biedt een springplank voor nieuw of miskend Nederlandstalig talent op het gebied van fantastische speurders. De publicaties in deze reeks beogen de principes van klassieke detectives te transformeren naar nieuwe (fantastische) omstandigheden”.

Het boekje ziet er prachtig verzorgd uit. Een magnifieke omslag tekening van Tais Teng (je kan haast niet anders van hem verwachten) en het heeft zelfs een rood leeslint. Kan het chiquer? Nee, dat kan haast niet.

‘Zeil de terpen over de ijzige broeikaszee’ is het eerste deel in deze Snuffel-reeks en het gaat meteen los. Het verhaal is hilarisch. Het speelt zich af in 2069 en Nederland ligt grotendeels onder water. Frei Fryslan met haar elf verdronken steden en drijvende terpen, haar moordlustige superpotvissen en zeeluipaardraces. Een oord waar men illegale immigranten bij eb in  kreeftenkooien achterlaat. Vermond als Inuit en Friezin moeten Mirjam en Feodor het kostbaarste bezit van een miljardair terug zien te roven. Het wordt de zwaarste en meest lucratieve opdracht voor Berlusconi & Vaendeldrager, het beste detectivebureau van de gehele laaglandse federatie, en het help niet echt dat joffer Mirjam Vaendeldrager en vrijman Feodor Berlucsoni net die morgen net gescheiden zijn…

Tais en Jaap trekken alle registers open en de situaties die ze schilderen zijn meer dan eens dolkomisch, zodat ik een grijns en een schaterlach meermalen niet kon onderdrukken. Ze schilderen een Nederland en Friesland dat eigenlijk niet kan, maar ze slagen er in het wonderwel te laten slagen. Ik ga niet meer verklappen, maar eentje kan ik niet laten. Ik vond de introductie van Hielke en Sietse Klinkhamer van de Kameleon (Een reeks die ik in mijn jeugd verslonden heb) die de beste Cloudpiraten van Snits en omstreken zijn. Geweldig.

Dus gewoon kopen en genieten. Voor de prijs hoef je het niet te laten. En al wil je het niet lezen… dan gewoon kopen om Remco en zijn Fantastisch Vertellingen te steunen. Een meer dan goed doel.

Er is ook al een tweede deel in de Snuffel-reeks. Het is ‘Commissaris Omer en de vermoorde onschuld’ van Oxana Langbeen.

Jos Lexmond