Groene klauwen – Nico De Braeckeleer

Groene-klauwen.jpg

Groene klauwen – Nico De Braeckeleer (JFA)
Het kattenmeisje, deel 1
Baeckens Books, Mechelen (2020)
124 pagina’s; prijs 14,99
Omslag: Frieda Van Raevels

Nico De Braeckeleer heeft naar mijn bescheiden mening het unieke talent om als schrijver alle mogelijke leeftijden te kunnen bedienen met aantrekkelijke, spannende en leuke verhalen. Ik ken in ieder geval niet veel auteurs die dat kunnen. Verhalen voor de allerkleinsten tot volwassenen. Voor volwassenen schrijft hij niet zoveel, maar de roman ‘Nachtblauw’ (in de stijl van Dean R. Koontz) kon me zeer wel bekoren. Hoe dan ook. Het zal niet altijd meevallen om de juiste, bij de leeftijd behorende woordenschat te gebruiken. Ik denk dat moeilijke woorden er gemakkelijk insluipen. Ik moet zeggen: daar kun je alleen maar bewondering voor hebben. Het zou mijzelf beduidend meer moeite kosten. Nico heeft een onuitputtelijke fantasie. Zijn palmares (om het eens in wielertermen uit te drukken) op het gebied van boeken, verhalen en scenario’s voor bijvoorbeeld Ketnet, is ook grandioos te noemen.

Van de nieuwe reeks ‘Het kattenmeisje’ is het eerste deel verschenen. Cato is de hoofdpersoon en ze heeft een fantastische gave. Ze kan zichzelf namelijk in een kat veranderen en in die hoedanigheid kan ze dan met andere dieren van gedachten wisselen. Wat heel erg handig is, zoals in het eerste deel ‘Groene klauwen’ te lezen is. Harko is de hond van Cato. Eigenlijk is hij een jongen van tien die in een hond kan veranderen. Hij woonde in een weeshuis, maar kon ontsnappen in de gedaante van een hond en besliste toen dat hij voor altijd een hond wilde blijven. Freya is een oude vrouw in het dorp waar Cato woont. De mensen noemen haar ‘de gekke kattenvrouw’ omdat ze zoveel katten in haar woning opvangt. Ze is de enige die weet dat Cato zich kan veranderen in een kat. Elize is Cato’s mama en dierenarts. In haar praktijk kan Cato luisteren naar de problemen van de dieren. Haar ouders zijn gescheiden en soms komt Patrick, haar vader, haar ophalen om bij hem in de stad te logeren. Hij heeft een goudvis, Orca genaamd, die van droge (!) humor houdt.

In het eerste verhaal ‘Groene klauwen’ wordt er olie geloosd in het bos en is Tjup, een van de eendjes, er slecht aan toe. Cato gaat er erop uit met haar dierenvriendjes om onderzoek te doen. Ze willen ontdekken wie er achter steekt en het zo proberen te stoppen. Al gauw komt Cato op het spoor van het bedrijf dat de olie zomaar in de natuur loost. Maar dan wordt ze ontdekt, voordat ze de politie kan waarschuwen.

Leuk verhaal voor achtjarigen, met fijne, frisse en (meestal) vrolijke illustraties van Frieda Van Raevels. Misschien iets meer bedoeld voor meisjes, maar jongens kunnen er natuurlijk ook veel plezier aan beleven. Het tweede deel van deze nieuwe reeks is ‘De babypoesjes’.

Jos Lexmond

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *